Om de energiekosten van huurders te beperken en CO2-uitstoot te verminderen, heeft woningcorporatie Patrimonium uit Veenendaal een Energie B.V. opgericht. “Een corporatie die voor de komende vijftig jaar bouwt, moet flexibel kunnen inspelen op alternatieve energiebronnen als gas straks niet meer te betalen is”, zegt Piet de Vrije, directeur van de corporatie.
renda special energiesprong januari 2012 zelfvoorzienend in energie50
Om de energiekosten van
huurders te beperken en
CO2
-uitstoot te verminde-
ren, heeft woningcorporatie
Patrimonium uit Veenendaal
een Energie B.V. opgericht.
"Een corporatie die voor de
komende vijftig jaar bouwt,
moet flexibel kunnen inspe-
len op alternatieve energie-
bronnen als gas straks niet
meer te betalen is", zegt
Piet de Vrije, directeur van
de corporatie.
zelfvoorzienend
in energie
tekst tosca vissers
foto's patrimonium
renda special energiesprong januari 2012 51
Patrimonium is een middelgrote corporatie met circa 6500 woningen in
Veenendaal. De Energie B.V. omvat drie duurzame energievoorzienin-
gen die nu sinds een paar jaar groene energie aan huurders in nieuw-
bouwwijken leveren. Groene en betrekkelijk goedkope energie wordt er
opgewekt door zonnecollectoren, een warmtekoudeopslag (wko) in de
bodem, en een houtpelletverbrandingsinstallatie. "Zo moeilijk is het
allemaal niet", wijst Piet de Vrije de praktische bezwaren voor het
oprichten van een Energie B.V. direct van de hand. "In juridisch en finan-
cieel opzicht zijn er weinig haken en ogen. Bovendien zie je steeds meer
woningcorporaties het voor elkaar krijgen om in hun eigen energie te
kunnen voorzien, en is er volop informatie over het onderwerp beschik-
baar. De oprichting van een eigen Energie B.V. voor woningcorporaties
ligt dus redelijk voor de hand. Ons blikveld op duurzaam bouwen en
energiebeperkende maatregelen is vrij breed", richt hij zich op zijn
corporatie. "Bij verschillende nieuwbouwprojecten zijn we op zoek
gegaan naar energiebronnen die het beste in die wijk passen."
OVErstaPPEn
Volgens De Vrije zijn corporaties al zeer vertrouwd met collectief
warmte opwekken. Meestal voor verwarming van woningen, maar ook
voor warmwatervoorziening. "Denk aan de grote hoogbouwcomplexen
waarin vaak collectieve stookinstallaties zitten die warmte leveren aan
de huurders." Nederland stookt het liefst op gas. De corporatie koopt
het gas in van de energieleverancier en berekent de brandstof door in
de huurprijs, zoals wettelijk vastgelegd. Elke maand krijgen huurders
een voorschotrekening voor gas en aan het eind van het jaar wordt de
geleverde energie verrekend. "In feite is dat al een Energie B.V. in het
klein waaraan wettelijke tarieven voor kleinverbruik zijn gekoppeld",
geeft De Vrije aan. "Als je over wilt stappen naar een andere energie-
bron dan gas, kun je niet meer blindvaren op de wettelijke gastarieven
voor kleinverbruik en moet je over een ander energiemodel gaan
nadenken. Je moet een eigen tariefstelling kiezen bijvoorbeeld. Ook is
een andere kostenstructuur aan de orde die duidelijk maakt welk type
installatie wordt gebruikt en welke materialen worden ingekocht. Op
dat moment kan een corporatie overstappen op een Energie B.V.,
waarmee een andere energiebron ingezet kan worden. Ook is het
opzetten van een aparte administratie nodig waarin wordt bijgehouden
welke kosten en inkomsten je uit deze B.V. kunt genereren."
LaChErig
Nederland wil zo langzamerhand af van haar gasverslaving en scha-
kelt hier en daar over op groene energiebronnen. Volgens de direc-
teur van Patrimonium maken energiebedrijven weinig bezwaar tegen
het oprichten van Energie B.V.'s door corporaties. "Ze doen nogal
lacherig over dit soort initiatieven", vindt hij. "De energie die op eigen
houtje wordt geleverd is veel te kleinschalig ten opzichte van zo'n
grote machtsmonopolie. Energiemaatschappijen liggen niet wakker
van die ene procent brandstof op jaarbasis, waarvan de helft uit iets
anders bestaat dan gas." Een corporatie kan bij nieuwbouwprojecten
vrij snel omschakelen naar nieuwe toepassingen van energielevering.
"Een nieuwe installatie neerzetten is direct te realiseren, maar voor
renovatieprojecten is het nog steeds lastig om in bestaande woonwij-
ken nieuwe manieren van energieopwekking toe te passen. Het kan
wel, maar het komt minder vaak voor dan bij nieuwbouwprojecten",
zegt hij. "Het voert vaak te ver om de hele bestaande voorraad over
te zetten op andere energiebronnen. Installaties gaan dertig jaar mee
en zouden dan in dit kader allemaal vervangen moeten worden. Tech-
nisch is het ingewikkeld om goedwerkende installaties aan te sluiten
op een nieuw energieleveringssysteem in bestaande woningen die
nog lang niet zijn afgeschreven. Naast wijzigingen van installaties
moet je ook vaak bouwkundige ingrepen doen om nieuwe energie-
bronnen in te kunnen zetten. Daarnaast is het voorzien in een collec-
tieve warmwaterinstallatie vaak problematisch, met name in een
woning in bewoonde staat. Kortom, voor bestaande gebouwen is
aanwenden van andere energiebronnen dan de gebruikelijke vaak
ingewikkeld", concludeert De Vrije.
DE KOningsVrOuwEn Van LanDLust
De Koningsvrouwen van Landlust in Amsterdam is een voor-
beeld van een renovatieproject waarbij woningcorporatie
Eigen Haard een energiesprong heeft gemaakt. Het energie-
verbruik in het cultuurhistorische monument is meer dan
gehalveerd, waardoor de woningen van label G zijn ge?p-
graded naar label A. De CO2
-reductie bedraagt 80 procent.
De energiesprong is het gevolg van een heel pakket aan
energiemaatregelen. Zo is er een box-in-box isolatie
toegepast, resulterend in een Rc
-waarde van 4 voor de
gevels en Rc
=7 voor het dak. Daarnaast zijn extreem
ge?soleerde aluminium kozijnen geplaatst met daarin
dubbel glas verlijmd, zogenoemd structural glazing. Voor
de stroomopwekking van de collectieve voorzieningen zijn
PV-panelen op het dak geplaatst. Aan deze panelen is ook
de gebalanceerde ventilatie gekoppeld. Verwarming en
koeling gebeurt via de plafonds. Individuele bemetering is
gekoppeld aan de huisvideofoon die inzicht geeft in het
energieverbruik. Daarnaast krijgen de bewoners een ener-
giebox met standby-killers en spaarlampen. In ??n trap-
penhuis komen als proef twee HRe's om het energiever-
bruik te vergelijken met blokverwarming.
Voor de renovatie bestond het complex uit 245 woningen
(waaronder 3 bedrijfsruimten) waarvan de woonomstandig-
heden slecht waren, onder andere door vocht, schimmel,
geen isolatie, versleten infrastructuur, gehorigheid en een
te klein woonoppervlak. In september 2010 is gestart met
de renovatie. In de tweede helft van 2012 staat de opleve-
ring gepland van de laatste van de 188 moderne en gevari-
eerde huurwoningen.
De Energie B.V. van
woningcorporatie
Patrimonium omvat
drie duurzame energie-
voorzieningen, die
sinds een paar jaar
groene energie aan
huurders leveren.
renda special energiesprong januari 2012 zelfvoorzienend in energie52
warmtEKOuDEOPsLag
Warmte en koude worden steeds vaker uit de grond gehaald.
"Niet alleen het verwarmen van woningen is van belang;
koelen wordt een minstens zo belangrijke kwaliteitscompo-
nent", denkt De Vrije. "Warmtekoudeopslag in de bodem is
een betrekkelijk eenvoudige manier van schone energie
opwekken die economisch rendabel te maken is, zeker op
middellange termijn berekend." Bij een ander nieuwbouwpro-
ject dat Patrimonium in samenwerking met de gemeente
Veenendaal en een aantal ontwikkelaars heeft gerealiseerd,
hebben de 1200 nieuwe woningen een eigen collectieve
verwarmingsinstallatie die losstaat van het energiebedrijf. Het
verwarmingssysteem werkt op basis van wko in de bodem,
gekoppeld aan een koelinstallatie. "Zo moeilijk is dat niet te
realiseren", legt De Vrije uit. "Je bouwt een installatie die
volledig losstaat van de grote energiebedrijven, iets wat je
veel vaker ziet voorkomen in Nederland. Mensen willen voort-
aan hun eigen energie opwekken voor energie die ze zelf
nodig hebben, met een eigen windmolen, een (bio-)wko- of
wkk-installatie, of met zonnecollectoren." De Vrije verwacht
een trend in het zelfstandig opwekken en gebruiken van ener-
gie. Particuliere investeerders bouwen installaties voor meer-
dere woningen tegelijk, die relatief los van de bestaande
energiebedrijven draaien. Dat is heel goed te realiseren per
wijk of per woningblok. "Gekoppeld aan woonblokken of
wijken zal het steeds gebruikelijker worden dat een corporatie
de positie krijgt van energieleverancier. Bij de wkk is die ener-
gielevering door ons als corporatie een feit: wij leveren naast
koeling en warmte ook indirect een deel van de stroom aan
de wijk", aldus De Vrije.
houtpellets
Voor een van de nieuwbouwprojecten waarvoor Patrimonium
groene energiebronnen wilde gaan aanwenden, was wko
vanwege milieuverordeningen onmogelijk. In haar zoektocht
naar een andere duurzame energiebron ontdekte de woning-
corporatie houtpellets om woningen te verwarmen. Deze zijn
onder andere toegepast in de Oranjetoren in Veenendaal. "Het
stoken op dit soort houtkorrels komt in Nederland al vrij veel
voor. Vooral in de glastuinbouw, maar nog niet in de collectie
woningbouw", duidt De Vrije aan. Hij reisde naar Duitsland,
Zwitserland en Scandinavi?, waar houtpellets een courante
energiebron zijn voor woningbouw en voor collectieve instal-
laties. Hij onderzocht of het geschikt zou zijn voor de Veenen-
daalse woningen. "Het voert inderdaad nogal ver voor een
corporatie om op zoek te gaan naar een geschikte groene
energiebron, maar het was ook erg leuk om verder uit te
zoeken hoe het zit met regelgeving en het bepalen van tarie-
ven, het inkopen van de brandstof en hoe de doorbetaling aan
de huurders opgetuigd moet worden. Evenals de milieuaspec-
ten die deze nieuwe energiebron met zich meebracht, eiste het
berekenen van de energieprestatienorm ook heel wat denk-
werk. Kortom, al deze aspecten maakten onze zoektocht
bijzonder interessant." De gegevens die De Vrije en zijn onder-
zoeksteam naar voren wisten te halen, zijn ter inzage op de
website van Patrimonium gezet. "Het is een vrij gedetailleerd
document geworden waarin de methodiek, de techniek en alle
regels eromheen naar voren komen en direct toepasbaar zijn
voor elke collectieve woningbouw", zegt hij.
De woningcorporatie heeft ??n installatie staan die al twee
winters 74 appartementen met houtpellets verwarmt. "Een
nieuwe installatie draait sinds kort. Hij zal deze winter voor
het eerst op vollast draaien en 140 appartementen verwar-
men. De derde installatie is nu in aanbouw en zal vanaf eind
2012 voor verwarming van 115 appartementen zorgen." Wat
betreft de rendabiliteit van dit soort energie-initiatieven voor
corporaties, moet De Vrije eerlijkheidshalve toegeven dat er
heel wat uren en experimenteerkosten zitten in het uitge-
breide onderzoek dat eraan vooraf ging. "Het traject was niet
met een positief resultaat af te sluiten, maar voor de lange
termijn halen we die kosten er glansrijk uit", is De Vrije's
overtuiging. "Een dergelijke houtpelletinstallatie gaat 50 jaar
mee, rekening houdend met normale vervangings- en onder-
houdsmaatregelen. Net zo lang als de levensduur van de
woningen. En zoals het er nu naar uitziet, houden we deze
installaties de komende 50 jaar wel draaiende. We denken
dat over die periode de houtkorrels het flink hebben gewon-
nen van de fossiele brandstoffen en stukken goedkoper
zullen zijn dan gas", besluit De Vrije.
renda special energiesprong januari 2012zelfvoorzienend in energie 53
warmtEwEt
De verandering van de Warmtewet geeft wel een aantal knelpunten
aan als een corporatie een andere energiebron wil inzetten dan gas.
"Daar is in de politiek veel over te doen geweest", volgens De Vrije.
De nieuwe maatregelen maken het voor corporaties moeilijker om
initiatieven zoals het oprichten van een Energie B.V. van de grond te
krijgen. De vrees is dat de wet initiatieven van corporaties belemmert,
die over willen stappen op kleine collectieve en groene energiebron-
nen. De nieuwe Warmtewet, die waarschijnlijk in 2012 in werking
treedt, zal betrekking hebben op veel meer installaties van corporaties
dan nu het geval is. De Vrije: "Alle collectieve installaties van enige
omvang zullen onder de wet gaan vallen, dus niet alleen de installaties
die energie opwekken zoals PV, wko, wkk en windenergie. De bedoe-
ling van de wet is dat energiegebruikers niet te veel betalen door
gedwongen winkelnering, het zogenoemde Niet Meer Dan Anders-
principe. Het gevolg hiervan is dat corporaties worden geconfronteerd
met een hogere administratieve last. Door deze `nieuwe' warmtenet-
ten", vervolgt hij, "krijgen corporaties onder meer te maken met een
andere afrekening van de stookkosten. Corporaties die eigenaar zijn
van een collectieve verwarmingsinstallatie, hoe klein ook, moeten hun
administratie op een andere manier inrichten omdat ze nu officieel
worden betiteld als warmteleverancier."
Onduidelijk is hoe dit moet gebeuren. Ook is nog niet duidelijk welke
financi?le consequenties de nieuwe berekeningsmethode heeft voor
corporaties. Volgens De Vrije weerhoudt onbekendheid met dit soort
nieuwe regels vele corporaties om na te denken over alternatieve
energiebronnen, en juist dat terughoudende gedrag zorgt ervoor dat
initiatieven al sneuvelen voordat ze ?berhaupt op de tekentafel komen.
"Ik verwacht dat als er meer bekendheid optreedt over hoe de wetge-
ving toegepast moet worden, dat die goede initiatieven wel weer op
gang komen. Een corporatie krijgt dan ook de mogelijkheid geld te
verdienen aan opgewekte energie, zodra ze ervoor kiest de energie
aan haar klanten te verkopen voor een markconform bedrag. Een
corporatie wordt dan tevens een energiebedrijf. Tot op de dag van
vandaag rekenen de corporaties uiteraard het gasverbruik van centrale
ketelhuizen en de stroomkosten rechtstreeks af met hun huurders. De
door de corporatie opgewekte energie is dan ook niet gratis en wordt
niet voor een lager bedrag aan de bewoners doorberekend. Met de
Warmtewet in de hand kunnen deze bedragen verhoogd worden. Maar
voordat het zo ver is, zal er uiteraard eerst binnen de corporatie een
woonlastendiscussie gevoerd moeten worden", stelt De Vrije.
amBitiE
Of zelf energie leveren eenvoudiger te realiseren is voor een kleinere
corporatie dan voor een grote, ligt volgens De Vrije niet aan de
grootte van de organisatie, maar veel meer aan de mensen die zich
hiervoor willen inzetten. "Die ambitie, waarvoor het bestuur de doel-
stellingen heeft vastgesteld, moet van hoog tot laag in de hele organi-
satie zijn vastgelegd. De hoeveelheid reductie van CO2
-uitstoot en het
energiezuiniger maken van woningen hebben we als corporaties op
landelijk niveau afgesproken met het Rijk." De Vrije vindt daarom dat
corporaties min of meer de plicht hebben om dit soort initiatieven
verder uit te rollen, en te rapporteren of ze zich aan de afspraken
hebben gehouden of niet. "Dit soort projecten, met groene energieop-
wekking als uitgangspunt, moeten geen ad-hoc-projecten zijn van een
enkele medewerker waarvoor eenmalig een succes wordt geboekt.
Verminderen van het gebruik van fossiele brandstoffen, ofwel
CO2
-reductie, en woonlastenverlaging moeten ingebed zijn in een stel-
selmatige beleidslijn voor de komende jaren, omdat we dat belangrijk
vinden als doelstelling van onze onderneming", stelt de directeur. Hij
verwijst hiervoor naar het convenant waarin corporaties en de rijks-
overheid destijds met elkaar hebben afgesproken om binnen een
aantal decennia het energieverbruik en de CO2
-uitstoot van de totale
voorraad van 2,4 miljoen woningen in Nederland met 20 procent te
verminderen. "Deze opgave staat er nog steeds, ook al zijn we een
aantal jaren verder en zijn we naar rato nog niet zo ver opgeschoten
met het halen van deze doelstelling. We zullen dus nog veel meer
moeten doen", voorspelt De Vrije.
warmtEBEDrijf rOttErDam
Woningcorporaties zoeken het ook in de samenwerking met elkaar
en met andere partijen om duurzamer energieverbruik te faciliteren
en te promoten. Zo wordt in Rotterdam hard gewerkt aan het
besparen van fossiele brandstoffen en vermindering van de
CO2
-emissie. Onder andere door de overtollige industriewarmte
van het haven- en industrieel complex te leveren aan woningen.
Woningcorporaties Havensteder, Vestia, Woonstad en Woonbron
werken samen met Warmtebedrijf Rotterdam om de woningen in
Rotterdam-Noord van die restwarmte te voorzien. De restwarmte
die Eneco gaat leveren, is afkomstig van de afvalverbrandingsinstal-
latie AVR in Rozenburg. Het gaat om warmte die vrijkomt bij de
verbranding van afval en die nuttig kan worden ingezet als warmte-
voorziening. Eneco koopt deze restwarmte in van Warmtebedrijf
Rotterdam, dat voorbereidingen treft om het warmtetransport van
Rozenburg naar Rotterdam aan te leggen. De restwarmtelevering
gaat eind 2012 van start.
Visualisatie van warmte-
koudeopslag (wko)
Reacties