Titaniumdioxide toegepast in bouwproducten kan – toegepast in een laboratoriumsituatie – bepaalde luchtvervuilende stoffen goed afbreken. Bij praktijkproeven in Nederland vallen de resultaten echter tegen. Het aanbrengen van titaniumdioxide (TiO2) op asfalt, straatsteen, dakbedekking en geluidsschermen leidt niet tot noemenswaardige verbetering van de luchtkwaliteit. Het beperkte aantal zonuren in Nederland, de hoge luchtvochtigheid en de wind spelen daarbij een belangrijke rol. Verder is er onduidelijkheid over mogelijke risico’s voor mens en milieu. Dit concludeert het in luchtmetingen gespecialiseerde onderzoeksbureau M+P raadgevende ingenieurs op basis van een onderzoek in opdracht van de Verenigde Keramische Organisaties (VKO). Reacties van mensen uit het vakgebied op dit artikel zijn in de kaders te lezen.
Twijfel over wondermiddel 24 Artikel
Momenteel worden veel coatings aangeboden waarin TiO2 is verwerkt.
Deze worden onder meer ingezet om ? door afbraak van stikstofoxiden
afkomstig uit het verkeer ? de luchtkwaliteit te verbeteren. Over het effect
van deze TiO2 bestond geen eenduidig beeld. Dit was de reden dat VKO
het onderzoeksbureau M+P opdracht gaf tot een breed bureauonderzoek
naar het effect van TiO2 op de luchtkwaliteit en andere milieueffecten. De
opdracht van VKO past in de aanpak van de sector wat betreft duurzame
innovatie, streven naar productverbetering en oplossing van knelpunten.
TiO2 wordt gewonnen uit het in de natuur voorkomende titaanerts, en
wordt veel toegepast in de verf-, plastic- en papierindustrie. In buitenverf
wordt het gebruikt als helderwit pigment (het zogenaamde titaanwit), ook
als bescherming tegen schadelijke gevolgen van UV-straling. Verder wordt
TiO2 toegepast in vulstoffen voor wanden en gevels, in papier, plastics en
tandpasta's. Door de fotokatalyserende eigenschappen van TiO2 wordt bij
sterke ultraviolette belichting van een oppervlak stikstofdioxide afgebroken
en omgezet in onder andere water en nitraten.
Vijf onderzoeken
Het onderzoek van M+P belicht vijf recente studies naar de effecten van
TiO2 op de verbetering van de luchtkwaliteit en het milieu. Bestudeerd is
Duits laboratoriumonderzoek naar het luchtzuiverend effect van dakpannen
waarin TiO2 is verwerkt, en een Nederlands literatuuronderzoek naar de ri-
sico's van het gebruik van zeer kleine deeltjes TiO2 (nanotechnologie) en de
uitspoeling daarvan. Ook is een Europese literatuurstudie naar de toepas-
singen van nanotechnologie en de luchtzuiverende werking van met TiO2
behandelde straatstenen, tunnelwanden en asfalt is bestudeerd. De onder-
zoekers van M+P analyseerden als vierde Fins onderzoek naar de milieube-
lasting in de levenscyclus van verfstoffen, waaronder TiO2-coatings. Het
vijfde onderzoek betrof RWS-TNO-M+P laboratoriumproeven met achttien
TiO2-coatings en praktijkproeven met TiO2-gecoate geluidsschermen.
Onderzoeksbureau M+P stelt op basis van de bestudering vijf hoofdlijnen
vast. 1) Er is momenteel internationaal breed aandacht voor de mogelijk-
heden om met TiO2 de luchtkwaliteit te verbeteren. 2) Inmiddels is een
aantal producten met TiO2 op de markt verschenen. 3) In laboratorium-
condities is aangetoond dat TiO2 een behoorlijk effect kan hebben op de
verlaging van de concentratie stifstofdioxide. 4) De bewezen effecten in de
buitenpraktijk zijn minimaal, volgens M+P. En 5) de geringe praktijkwerking
van TiO2 wordt veroorzaakt door een groot aantal factoren: de soort coa-
ting, het beperkte aantal zonuren (UV-licht), sterke wind, hoge luchtvoch-
tigheid, lage temperatuur en de te beperkte contacttijd van de verontrei-
nigde lucht met het met TiO2-coating behandelde oppervlak. M+P
verwacht om deze redenen voor de Nederlandse praktijksituatie weinig
mogelijkheden om de luchtkwaliteit met TiO2 te verbeteren.
Vraagtekens
Over de effecten in laboratoriumcondities bestaan weinig twijfels. Het Duit-
se onderzoek naar de TiO2 betondakpannen toont bijvoorbeeld duidelijk
aan dat een concentratie NOx afneemt als het in een ideale laboratorium-
situatie door UV-licht wordt beschenen. Echter: de door de fabrikant van
de dakpannen genoemde percentages neutralisering van de schadelijke
uitstoot met 70 procent (zonder zon) tot 90 procent (bij daglicht) leiden tot
vraagtekens. De percentages zijn niet onderbouwd met praktijkervaringen.
De vertaling van sommige producenten van laboratoriumresultaten naar
effectiviteit in de buitenpraktijk is ?berhaupt soms discutabel, stelt M+P
vast. Tot op heden zijn er in feite geen voldoende onderbouwde onder-
zoeksresultaten gevonden die aantonen dat de genoemde effecten ook in
de praktijk leiden tot duidelijke verbetering van de luchtkwaliteit. Vrijwel alle
experimenten concluderen een zeer klein, in feite verwaarloosbaar, effect
(minder dan 1 procent). Bij een enkele praktijkproef was er een hoopvol
resultaat, maar is een uitgebreide onderbouwing niet openbaar.
Twijfel over wondermiddel
Arie Mooiman
Adviseur techniek en
duurzaamheid, VKO
Titaniumdioxide toegepast in bouwproducten kan ? toegepast in een laboratoriumsituatie ?
bepaalde luchtvervuilende stoffen goed afbreken. Bij praktijkproeven in Nederland vallen
de resultaten echter tegen. Het aanbrengen van titaniumdioxide (TiO2) op asfalt, straatsteen,
dakbedekking en geluidsschermen leidt niet tot noemenswaardige verbetering van de
luchtkwaliteit. Het beperkte aantal zonuren in Nederland, de hoge luchtvochtigheid en de
wind spelen daarbij een belangrijke rol. Verder is er onduidelijkheid over mogelijke risico's
voor mens en milieu. Dit concludeert het in luchtmetingen gespecialiseerde onderzoeks
bureau M+P raadgevende ingenieurs op basis van een onderzoek in opdracht van de
Verenigde Keramische Organisaties (VKO). Reacties van mensen uit het vakgebied op dit
artikel zijn in de kaders te lezen.
Bijschrift
Twijfel over wondermiddel 25 Artikel
Effect TiO2 onduidelijk
Aanvullende maatregelen lijken nodig om in Neder-
land in 2015 aan de grenswaarden voor stikstofdi-
oxide (NO2) te gaan voldoen. De inzet van katalyti-
sche conversie met bijvoorbeeld titaandioxide (TiO2)
wordt in dat kader soms genoemd. Zowel vanuit
gezondheidsoverwegingen als vanuit de praktische
werking zijn hier echter enkele opmerkingen bij te
plaatsen.
NO2 is op zichzelf schadelijk voor de gezondheid.
Zo kunnen de oxiderende eigenschappen van NO2
effecten in de luchtwegen en longen veroorzaken in
de vorm van vermindering van de longfunctie en
afname van de weerstand tegen infecties van het
longweefsel. De WHO geeft echter aan dat de
relatie tussen NO2-concentraties en gezondheids-
klachten ook kan worden toegeschreven aan an-
dere verbrandingsproducten uit het verkeersgerela-
teerde mengsel, zoals (ultra) fijn stof1). NO2 wordt
dan ook vooral gebruikt als indicator voor het gehele
mengsel van schadelijke componenten die door
wegverkeer worden uitgestoten. Maatregelen die
zich beperken tot de reductie van alleen NO2, zoals
absorberende tegels, zijn volgens de GGD-richtlijn
dan ook minder effici?nt in termen van gezond-
heidswinst. Door alleen de indicator aan te pakken,
lijkt de luchtkwaliteit verbeterd, terwijl juist de ove-
rige (en meest schadelijke) verkeersgerelateerde
componenten van het mengsel van luchtverontreini-
ging niet zijn afgenomen. Inzet van dit soort maatre-
gelen leidt op papier wellicht tot lagere concentra-
ties en dus minder normoverschrijdingen, maar het
leidt veel minder of geheel niet tot gezondheids-
winst. Nader onderzoek op dit punt is dan ook
wenselijk alvorens TiO2 wordt ingezet om knelpun-
ten op te lossen.
Brits onderzoek
In 2010 is in Groot-Brittanni? een rapport2) van Air
Quality Consultants (AQC) verschenen met een
overzicht van resultaten van verschillende praktijk-
proeven. In aanvulling op de resultaten van het Ne-
derlandse Innovatieprogramma Luchtkwaliteit wor-
den gedetailleerde metingen beschreven van de
effecten van een met TiO2 bekleed geluidsscherm
langs de M60 bij Swinton (GB). Hieruit kon worden
geconcludeerd dat het effect van de TiO2 op de
luchtkwaliteit achter het scherm zeer onduidelijk
was. Onder zeer specifieke omstandigheden was
een effect van het TiO2 meetbaar. Deze omstandig-
heden kwamen echter slechts in 0,4 procent van de
tijd voor. Een langetermijneffect van de TiO2 kon niet
goed worden bepaald. Toepassing van TiO2 in een
street canyon-achtige situatie leidde volgens een
andere studie in Congleton (GB) tot een significant
effect op de NO2-concentraties. Een beschrijving
van de methode en metingen ontbreekt echter,
zodat de waarde van de melding niet is vast te stel-
len. AQC concludeert in het algemeen dan ook dat
"verschillende studies suggereren dat er geen signifi-
cant effect van TiO2 is, terwijl een incomplete studie
dat wel doet". Verder wijst het rapport ook op poten-
ti?le gezondheidseffecten bij het gebruik van TiO2.
Gegeven de aanpak van een indicatorstof en de
twijfels over de praktische effecten van TiO2 op
luchtkwaliteit en gezondheid, is het aan te bevelen
om vooralsnog terughoudend te zijn met de inzet
van TiO2 om aan de luchtkwaliteitsnormen te gaan
voldoen.
Dr. Joost Wesseling
Senior onderzoeker RIVM
1) S.C. van der Zee, I.C. Walda, `GGD-richtlijn medische
milieukunde. Luchtkwaliteit en gezondheid', RIVM
rapport 609330008, 2008.
2) Stephen Moorcroft, Ian McCrae, Paul Boulter and
Duncan Laxen, `Local Measures for NO2 Hotspots in
London', Air Quality Consultants Ltd, 2010.
Titaniumdioxide
26 ArtikelTwijfel over wondermiddel
Meetopstelling nabij Terschuur. Te zien zijn de
gecoate panelen met daaronder de opvangflessen in
aluminium kisten, en achteraan een regenvanger.
FOTOTNO
27 Artikel
Praktische werking aangetoond
M+P is blijkbaar niet op de hoogte van de nieuwste
resultaten, gemeten met luchtzuiverende betonste-
nen in de Castorweg in Hengelo. Drie jaar geleden is
? na uitgebreid laboratoriumonderzoek ? de stap
gezet om luchtzuiverende betonstenen in de praktijk
te testen. Hiervoor heeft de provincie Overijssel
subsidie verstrekt. Ten behoeve van deze testen
heeft gemeente Hengelo de locatie Castorweg
beschikbaar gesteld. Deze locatie is gekozen van-
wege de hoeveelheid voertuigen, de gesloten be-
bouwing aan weerszijden, en het feit dat de weg
gereconstrueerd zou worden. Daarom konden er
ook metingen worden verricht voorafgaand aan de
reconstructie.
De straat is in twee vakken verdeeld, die in elkaars
verlengde liggen. E?n vak is voorzien van de ge-
bruikelijke straatstenen en ??n van de luchtzuive-
rende stenen, over de volle breedte van de straat.
Elk vak is ongeveer 1000 m2. Door in beide weg-
vakken de luchtkwaliteit zorgvuldig te meten is de
praktische werking aangetoond. Gedurende drie
verschillende dagen in het voorjaar van 2010 is
bijvoorbeeld een verlaging van 25 tot 45 procent in
NOx-concentratie gemeten. Aanvullende metingen
in de rest van het jaar hebben de eerste bevindin-
gen bevestigd.
Werking
In de toplaag bevatten de stenen titaandioxide
(TiO2), die zich dichtbij de uitlaten van motorvoer-
tuigen bevinden, veruit de belangrijkste bron van
NOx (stikstofoxiden) in steden. TiO2 behoort tot de
tien meest voorkomende mineralen in de aard-
korst. De toegepaste TiO2 is ongeveer van de-
zelfde korrelgrootte als cement, kan als slurry
worden gedoceerd, en wordt door de cementma-
trix gebonden. Cement en beton bevatten zelf ook
TiO2. De extra TiO2 staat recycling van de beton-
steen niet in de weg.
Door de TiO2 worden de NOx in de lucht fotokata-
lytisch omgezet naar nitraatzouten op de steen,
welke door regen worden weggespoeld (een Ja-
panse vinding). De concentraties in dit regenwater
zijn veel lager dan de maximaal toelaatbare, terwijl
dit voor de NOx-concentraties in de lucht niet het
geval hoeft te zijn.
De inzet van de stenen is het meest doelmatig in
een bebouwde omgeving met voldoende verkeer,
waar verwaaiing van geproduceerde NOx nauwe-
lijks plaatsvindt, en waar daardoor de maximum-
concentratie in de lucht regelmatig wordt over-
schreden. De luchtreiniging hangt sterk af van het
weer, met name zonnestraling en luchtvochtigheid.
De stenen werken niet als het regent of als er
sneeuw op ligt, maar dan zijn ook de NOx-concen-
traties minder snel een probleem. Een uitgebreide
rapportage is in de maak, welke onder meer zal
ingaan op de locatie, de gevolgde meetprocedures
en de verkregen meetresultaten. Internationaal
bestaat grote belangstelling voor het project.
Prof.dr.ir. Jos Brouwers
Hoogleraar Bouwmaterialen, TU Eindhoven
Opstelling waarmee de omzetting van stikstofoxiden
op het laboratorium is onderzocht.
FOTOTNO
Twijfel over wondermiddel 28 Artikel
Nederland
Uit de laboratoriumproeven in opdracht van Rijkswaterstaat blijkt dat
slechts enkele van de beproefde achttien coatings ook echt actief zijn.
Vastgesteld is ook dat bij een wegscherm de hoeveelheid lucht die in de
praktijk met de coating in aanraking komt maximaal 11 procent is. De
praktijkmetingen langs de weg laten verwaarloosbare effecten zien (maxi-
maal 0,04 procent reductie van de verkeersemissies van de nabijgelegen
snelweg). Het advies van Rijkswaterstaat is daarom TiO2 voor deze doel-
einden niet toe te passen. Uit eerder praktijkonderzoek in opdracht van de
Europese koepels van bouworganisaties, bleek wel dat onder optimale
condities de reducties van NOx-concentraties soms veelbelovend kunnen
zijn (tot 60 procent), maar vastgesteld is dat het effect sterk afhankelijk is
van het lokale klimaat.
Er zijn andere bevindingen gedaan. Zo zijn bouwmaterialen met TiO2 duur-
der. Voor toepassing in tunnels zou een coating ontwikkeld moeten wor-
den die ook bij kunstlicht werkzaam is. Er is nog onvoldoende bekend van
de mogelijke invloed van TiO2 op de levensduur en technische eigen-
schappen van materialen (gladheid, slijtage, brandbaarheid). Bijvoorbeeld
asfalt ge?mpregneerd met TiO2-houdend cement heeft mogelijk een nega-
tief effect op geluidsreductie en stroefheid van het wegoppervlak.
Discussie
De onderzoekers stellen dat er nog veel meer onbekend is; over veel as-
pecten bestaat discussie. Zo is de duurzaamheid van de productie een
punt. Uit het Finse onderzoek naar de levenscyclus van verven bleek bij-
voorbeeld dat de winning van TiO2 uit de ruwe delfstof veel energie en
transport vergt en dat er tot vijf kg afval per geproduceerde kg TiO2 vrij-
komt. Bij de afbraak van NO2 (stikstofdioxide) gaat het slechts om een deel
van de verontreinigingen, andere verontreinigingen in de lucht blijven be-
staan. Daarnaast wordt de onduidelijkheid van de risico's voor mens en
milieu genoemd. Bij droge cementproductie, sloop, verwering, slijtage of
uitloging kunnen deeltjes TiO2 in afval, oppervlaktewater of in de lucht te-
rechtkomen, waar ze kunnen worden ingeademd. Door TiO2 in nitraten
omgezette verkeersemissies kunnen bij regen in het oppervlaktewater ko-
men, met als gevolg meer algengroei en zuurstofafname.
Dialoog
BouwIQ wil graag een open dialoog starten over dit
onderwerp. Reacties van derden, visies op de proble-
matiek, aanvullende informatie of andere ervaringen
met de toepassing van TiO2 in bouwproducten om
de luchtkwaliteit te verbeteren zijn welkom. Meld u
aan bij bouwIQ op LinkedIn (via www.bouwiqonline.
nl), of mail uw reactie naar (bouwiq@aeneas.nl).
Marginale effecten
Het artikel van `Twijfel over wondermiddel' geeft een redelijk, zij het een incompleet,
overzicht van onderzoek naar toepassingen van titaniumdioxidehoudende (TiO2)
coatings om luchtverontreiniging door stikstofoxiden (NOx) te verminderen. TNO was
betrokken bij een aantal van de besproken onderzoeken. Dit betreft onder andere
laboratorium- en veldonderzoek.
Het laboratoriumonderzoek gaf voor sommige coatings een zeer positief resultaat.
Deze coatings bleken in staat onder invloed van UV-licht zeer effici?nt NOx te kun-
nen omzetten. Voor veel coatings was het resultaat echter niet erg positief. De oor-
zaak hiervan is niet onderzocht. Wellicht wordt door het opnemen van de TiO2 in
een drager de toegankelijkheid van TiO2-moleculen voor de NOx in de lucht ver-
kleind. De TiO2 zit als het ware opgesloten in de andere materialen die in de coating
zitten. Berekeningen met geavanceerde modellen op basis van de labexperimenten
laten zien dat het aanbrengen van een goedwerkende coating op geluidschermen
langs een snelweg, zou kunnen leiden tot een afname van de concentratie van NOx
van wel 20 procent. Allemaal zeer hoopgevende resultaten.
De resultaten van de veldexperimenten vielen echter tegen. Een mogelijke verklaring
hiervoor is dat de berekeningen en de labexperimenten werden uitgevoerd bij opti-
male condities (zonlicht, vochtigheid, wind enzovoort), die lang niet altijd tegelijk
aanwezig zijn. Waarschijnlijk komt slechts weinig lucht, en slechts voor een korte
periode, in aanraking met de coating. Althans, minder dan op basis van de model-
berekeningen werd geschat. Enkele andere verklaringen worden ook gegeven in
`Twijfel over wondermiddel'.
Niet eenvoudig
De volgende conclusies kunnen getrokken worden: TiO2 kan, onder invloed van UV,
heel goed NOx omzetten. In de praktijk van de geluidsschermen bleek het effect
echter marginaal. Een oplossing van de hierboven genoemde zwakke plekken in het
ontwerp ? meer contact met de lucht, minder afscherming van de TiO2 door de
drager en voldoende UV-licht op de coating ? zou de situatie kunnen verbeteren. De
eerlijkheid gebied te zeggen dat dit geen eenvoudige opgaven zijn. Daardoor lijkt de
toepassing langs snelwegen vooralsnog minder kansrijk.
Wellicht is het gebruik van TiO2-coatings op een andere plek, bijvoorbeeld binnens-
huis, wel zinvol om concentraties van (andere) schadelijke stoffen te verminderen. Ook
daar geldt echter een aantal van de genoemde bezwaren. Want het is ook daar waar-
schijnlijk erg lastig om voldoende lucht in contact te brengen met de coating en de
TiO2.
Dr. Jan Duyzer
Senior onderzoeker TNO
Reacties