Door nieuwe woon- en renovatietrends veranderen de rollen van partijen in de bouwketen de komende jaren snel. Bovendien moeten er nieuwe concepten bedacht worden om de uitdagingen van de toekomst aan te kunnen. Deze steeds dringendere vraag om verandering zorgt voor voldoende gespreksstof voor een bouwer, een toeleverancier en een corporatiebestuurder. Samen discussiëren zij over energie versus comfort, groei versus stilstand en bezit versus gebruik.
renda special 2013/2 starre houding is funest in deze crisis10
starre houding is
funest in deze crisis
Door nieuwe woon- en
renovatietrends veranderen
de rollen van partijen in de
bouwketen de komende
jaren snel. Bovendien
moeten er nieuwe concep-
ten bedacht worden om de
uitdagingen van de
toekomst aan te kunnen.
Deze steeds dringendere
vraag om verandering zorgt
voor voldoende gespreks-
stof voor een bouwer, een
toeleverancier en een
corporatiebestuurder.
Samen discussi?ren zij over
energie versus comfort,
groei versus stilstand en
bezit versus gebruik.
tekst joop van vlerken
foto's roel simons
De DeelnemerS
We stellen de deelnemers van het rondetafel
gesprek aan u voor:
1 Alfred van den Bosch, directeur vastgoed en
advies de Alliantie
2 Rob de Jong, algemeen directeur Sto Isoned
3 Jark Schepens, directeur de Bonth van Hulten
1 2 3
rondetafel
gesprek
renda special 2013/2starre houding is funest in deze crisis 11
De bouwsector is door de crisis krakend tot stilstand gekomen en
bezint zich op nieuwe rollen. Daarnaast zijn er belangrijke maatschap
pelijke veranderingen gaande die leiden tot nieuwe woontrends. Zo
wordt gebruik van duurzame energie in de gebouwde omgeving steeds
belangrijker en voorspellen sommige economen een einde aan de stij
ging van de welvaart. Al deze trends en ontwikkelingen hebben gevol
gen voor de deelnemers aan het rondetafelgesprek van renda.
Bouwers, toeleveranciers en corporaties zullen bijvoorbeeld beter
moeten gaan samenwerken en slimme concepten moeten ontwikkelen
om de toekomstige problemen het hoofd te kunnen bieden.
amBitieS en realiteit
Met drie directeuren in ??n ruimte gaat het al snel over visies. De
denkbeelden van de ondernemers aan tafel komen vaak overeen,
maar verschillen van mening zijn er zeker ook. De sfeer blijft vriendelijk
en gemoedelijk, maar dat betekent niet dat er geen kritische noten
gekraakt worden. Als Rob de Jong, algemeen directeur van Sto
Isoned, bijvoorbeeld over het belang van isolatie begint, plaatst
gespreksleider Martin Liebregts daar kanttekeningen bij. Hij heeft het
allemaal al eens eerder gezien en betwijfelt of het nu echt tot wezen
lijke veranderingen zal komen. "In de jaren zeventig riepen we ook al
dat isolatie van de bestaande voorraad grootschalig aangepakt moest
worden. Nu zie ik die trend inderdaad weer en denk ik: gaat het nu
echt gebeuren?," vraagt Liebregts zich af. Maar De Jong is er wel van
overtuigd dat er nou echt iets gaat gebeuren. "Je ziet dat terug in het
recent gesloten Energieakkoord en bij De Stroomversnelling. Zulke
dingen hebben een belangrijke impact", zegt hij. In De Stroomversnel
ling, een deal die onderdeel uitmaakt van het in september beklonken
Energieakkoord, is afgesproken dat op korte termijn 11.000 woningen
en op langere termijn nog eens 100.000 woningen energieneutraal
gerenoveerd worden. De deelnemers zijn gematigd positief over de
deal. Het is mooi dat er iets gebeurt, maar ze zijn kritisch over het
realistische gehalte van de plannen. "In Brabant zijn er in totaal
300.000 woningen die voor een labelverbetering in aanmerking
komen. Dat is natuurlijk een potentieel interessante opdrachtenvoor
raad, maar ik vraag me af of de energienotaloze ambitie uit De
Stroomversnelling realistisch is. Het gedrag van de bewoner bepaalt
uiteindelijk toch grotendeels of de energierekening naar nul gaat",
reageert Jark Schepens, directeur van de Bonth van Hulten.
Bovendien gaat de deal aan ??n belangrijk aspect voorbij, vindt
Liebregts. "Ze zijn vergeten zich af te vragen wat de behoefte van de
bewoner is. Daar zie ik niets van terug in die deal en het maakt dat er
een spanning in De Stroomversnelling zit tussen ambities en realiteit.
Duurzaamheid als item is een trend, maar dat moet ook gedragen
worden door de bewoners, anders wordt het niets." Alfred van den
Bosch, directeur vastgoed bij woningcorporatie de Alliantie, sluit zich
hierbij aan. Hij vindt dat je bewoners de ruimte moet laten om hun
eigen keuze te maken. "Nu wordt energiezuinig gedrag nog beloond
met een lagere energierekening. Bewoners met weinig geld kunnen
nog de keuze maken om binnen een trui aan te trekken als het koud
is. Je moet mensen die oplossingsruimte niet zomaar ontnemen.
Maar ik denk dat als er niets gebeurt, de allerarmsten straks de ener
gierekening niet meer kunnen betalen. Op dat snijvlak opereren we
nu", omschrijft hij. De Jong en Schepens vinden dat corporaties een
verantwoordelijkheid hebben als het om de stijgende energierekening
van hun bewoners gaat. De Jong: "Corporaties hebben daar een
leidende rol in. In die zin maken ze natuurlijk wel keuzes voor de
bewoner."
Particuliere woningmarkt
Liebregts benadrukt nog maar eens dat energiemaatregelen gedragen
moeten worden door de bewoners. Als voorbeeld vraagt hij de
gespreksdeelnemers welk energielabel hun huis heeft. Dat blijkt een
goede vraag, want er wordt besmuikt gegniffeld. Ondanks dat er bij
alle drie bewustzijn is over duurzaamheid en energiemaatregelen, heeft
alleen Van den Bosch zijn eigen huis een flinke labelverbetering gege
ven. De gespreksleider raakt daarmee een gevoelig punt, bevestigt
De Jong. "Alle vrijstaande woningen en tweeondereenkappers
verbruiken meer energie dan alle huurwoningen bij elkaar opgeteld.
Voor die woningen zijn nog bijna geen mooie renovatieconcepten
bedacht, dus daar is nog een wereld te winnen. Voor de huurmarkt
wordt energiebesparing nu wel opgepakt, maar waar blijven de oplos
singen voor de particuliere woningmarkt?", vraagt hij. Van den Bosch
kaatst de bal onmiddellijk terug. "Wat zit je nou naar anderen te
wijzen? Waarom doe jij dat niet? Ik vind dit typisch iets wat door de
markt opgepakt kan worden. Bouwers en toeleveranciers moeten een
productielijn opzetten voor energetische renovatie van koopwoningen.
Ik denk dat dat kan."
Hoewel De Jong het gedeeltelijk met hem eens is, benadrukt hij dat
de particuliere markt een stuk anders in elkaar zit dan de huursector
Als er niets gebeurt,
kunnen de allerarmsten
straks de energierekening
niet meer betalen
Alfred van den Bosch
renda special 2013/2 starre houding is funest in deze crisis12
waar corporaties in opereren. "Iedere eigenaar is anders en heeft zijn
eigen wensen. Als ik naar mezelf kijk, zou ik graag zaken doen met
??n partij die het hele traject op zich neemt. Het is lastig om met aller
lei verschillende vakmensen zaken te doen. Daar liggen dus zeker
kansen, maar dat betekent wel dat leveranciers en bouwers meer
moeten samenwerken om dit soort concepten in de markt aan te
bieden", aldus De Jong. Schepens bevestigt dat de bouwsector
kansen laat liggen bij het renoveren van de particuliere woningmarkt,
maar hij ziet wel dat hiervoor op dit moment concepten ontwikkeld
worden. "Aannemers en bouwers gaan fabrieksmatiger werken. Hier
door kunnen concepten breder uitgerold worden. Het staat nog wel in
de kinderschoenen, maar ik merk dat er iets gebeurt. Daarvoor gaan
we ook steeds meer samenwerken met de toeleverende industrie", zo
voorziet de bouwer.
Zowel De Jong als Schepens denkt dat huizenbezitters vaak andere
prioriteiten hebben als het gaat om de verbetering van hun woning. Ze
zullen eerder investeren in een nieuwe keuken, dakkapel of badkamer,
dan in energiebesparing. "Je kunt veel zeggen over het corporatiebe
zit, maar als je het vergelijkt met sommige particuliere woningen
hebben we eigenlijk niet zo veel te klagen", verbaast ook Van den
Bosch zich over de energetische staat van de bestaande particuliere
woningvoorraad. Energie, en in het bijzonder duurzaamheid, is een
belangrijke ambitie in de visie van de directeuren. Ze zijn het er alle
maal over eens dat er meer nodig is om ook de bewoner te overtuigen
van de noodzaak om energiemaatregelen te nemen, zowel in de huur
als in de koopsector.
wijzigenDe rollen
Een andere belangrijke trend die de heren zien, is dat er steeds minder
nieuwbouw komt. Het aantal opgeleverde nieuwbouwwoningen daalde
door de economische crisis al naar minder dan 40.000 per jaar, en de
deelnemers verwachten niet dat het niveau zich ooit zal herstellen tot
dat van voor de crisis. "We gaan steeds meer uit van de bestaande
stad. Er komen meer aanpassingen in dat wat er al is. Stenen hebben
we genoeg, ze voldoen alleen niet meer", stelt Van den Bosch. Dat
betekent volgens hem ook dat er meer ruimte is voor de eerstge
noemde trend van energetische renovatie. "De trend van energiebespa
ring zet juist wel door, omdat we nu op het punt zijn beland dat we niet
meer bij gaan bouwen, maar de bestaande voorraad gaan verbeteren."
De grenzen van nieuwbouw zijn dus bereikt, zo lijkt het. Dit brengt ook
met zich mee, dat de rollen van de gespreksdeelnemers in de
toekomst gaan wijzigen. De Bonth van Hulten, waar Schepens direc
teur is, is van oorsprong een restauratiebedrijf maar is zich de laatste
jaren steeds meer gaan richten op renovatie. "We doen renovatie er
niet bij als hobby. Het is echt een vak en we zijn heel goed op weg om
ons in dat vak te bekwamen. Ik geef toe dat we de keuze voor renova
tie niet heel bewust gemaakt hebben. Het kwam op ons pad en soms
moet je dan maar op dat pad gaan lopen", zo omschrijft hij. Ook De
Jong ziet als gevelleverancier veel kansen in het verbeteren van de
bestaande voorraad. "Stedenbouwkundig hebben we het goed getrof
fen in Nederland. Het zit goed in elkaar. Alleen de kwaliteit van de
woningen moet omhoog en dat is voor onze business natuurlijk goed",
onderschrijft De Jong wat Van den Bosch zegt over de bestaande
woningvoorraad.
Het besef dat we het moeten doen met wat we al hebben, past goed
bij het einde aan de groei dat veel economen voorspellen, legt corpo
ratiedirecteur Van den Bosch uit. "Ik verwacht dat de komende gene
ratie de eerste generatie wordt die niet rijker wordt dan de generatie
Alle vrijstaande woningen en
twee-onder-een-kappers verbruiken
meer energie dan alle huurwoningen
bij elkaar opgeteld
Rob de Jong
renda special 2013/2starre houding is funest in deze crisis 13
ervoor. Er komt dus een einde aan de welvaartsstijging en daar zullen
we aan moeten wennen. Dat betekent dat we hard moeten gaan
werken om te behouden wat we hebben." De Jong is het niet met
hem eens. Van den Bosch ziet het volgens hem veel te somber in.
"Dat komt doordat we in een recessie zitten. Bij een langdurige neer
gang in de economie roepen mensen altijd dat er een einde komt aan
de groei. Ik denk dat we ook na deze recessie weer uit het dal gaan
kruipen", voorspelt de directeur van Sto Isoned. Maar Van den Bosch
blijft bij zijn standpunt. "Het huidige welvaartsniveau behouden wordt
een opgave. Dat betekent bijvoorbeeld dat we moeten accepteren dat
woningen niet groter worden, misschien zelfs kleiner. We moeten dat
wat we nu al hebben, verbeteren." "Dat betekent dat er veel kansen
liggen in de bestaande bouw; we moeten de balans zien te vinden met
verschillende producttoepassingen. We moeten dus slimmer om zien
te gaan met wat we al hebben", reageert Schepens.
Van Bezit naar geBruik
De verschuiving van bezit naar gebruik is nog een andere trend die
zaken in een ander perspectief plaatst. Volgens deze theorie hechten
nieuwe generaties minder waarde aan bezit. Ze zien hun auto bijvoor
beeld eerder als gebruiksobject dan als statussymbool. Het is een
beweging waar corporaties op kunnen inspelen, vindt Van den Bosch.
"Het betekent dat consumenten om diensten gaan vragen in plaats
van producten. Dat is een ontwikkeling die woningcorporaties moeten
omarmen. De verschuiving van bezit naar gebruik werkt een verschui
ving van koop naar huur in de hand", legt hij uit. Ook voor de andere
deelnemers aan tafel heeft deze trend gevolgen. Zij zullen een dienst
moeten gaan aanbieden in plaats van een product; bouwers moeten
bijvoorbeeld andere garanties gaan afgeven. "In plaats van productga
ranties gaan we steeds vaker prestatiegaranties afgeven. En in plaats
van een opdrachtgever die om een product vraagt, bespreken we met
hem welke prestatie hij wenst. Vervolgens ga ik als bouwer aan de
slag om die gewenste prestatie te leveren. Dat betekent dat we niet
meer hard kunnen wegrennen na de oplevering, maar langer bij projec
ten betrokken zijn", vertelt Schepens. De Jong betwijfelt of deze
manier van werken de gewenste kwaliteit oplevert. Hij vraagt zich af of
de verantwoordelijkheid voor prestaties wel bij de bouwer neergelegd
kan worden. Volgens Van den Bosch is die twijfel onterecht. "We
moeten natuurlijk wel met op zakelijke gronden gebaseerd vertrouwen
in de hele keten durven te starten. Bouwer en opdrachtgever moeten
elkaar vertrouwen en samen die verantwoordelijkheid kunnen dragen.
Ze moeten samen een joint venture aangaan en als in de loop van de
tijd blijkt dat de bouwer kwaliteit levert, zal dat vertrouwen van de
opdrachtgever groeien en omgekeerd ook", licht de corporatiedirec
teur toe.
raDicale herVormingen
De rollen in de bouwwereld gaan de komende jaren flink verschuiven,
daarover heerst overeenstemming aan de gesprekstafel. Door de
huidige crisis lijken die veranderingen nog sneller te gaan en worden
partijen in de renovatiesector gedwongen om scherper naar hun eigen
rol te kijken. Een starre houding kan in deze fase funest zijn.
Gespreksleider Liebregts steekt als architect de hand in eigen
boezem. "Over tien jaar bestaan architecten niet meer. Planvoorberei
ding is dan helemaal ge?ntegreerd in het werk van de andere partijen in
het bouwproces. Dat betekent dat architecten alleen kunnen overle
ven als ze gaan samenwerken met andere partijen", luidt zijn stelling
name. De Jong haakt hier op in door als toeleverancier toe te geven
dat er ook voor die tak het ??n en ander zal veranderen. "We merken
nu al dat onze rol verandert. Sto levert bijvoorbeeld niet via de groot
handel, maar heeft logistieke dienstverlening en productie ge?nte
greerd. Verder zijn we veel bezig met product en procesverbetering,
maar dat is eigenlijk niets nieuws", constateert hij.
Schepens is van mening dat er in de bouwsector de komende jaren
radicale hervormingen plaatsvinden. "Het bouwproces wordt voor ons
een steeds belangrijkere taak. De bouwer wordt eigenlijk regisseur
van het hele proces op de bouwplaats. Het gaat dan niet alleen meer
om de handjes, maar om het verbinden van partijen in de hele bouwke
ten", denkt hij. Dat vraagt ook andere kwaliteiten van zijn personeel,
merkt Schepens tijdens renovatieprojecten waar zijn bedrijf aan werkt.
"Uitvoerders zijn bijvoorbeeld steeds meer bezig met wat de bewo
ners willen. Er wordt dus meer van ze gevraagd op het sociale vlak. Ze
gaan steeds meer taken overnemen van woonconsulenten van corpo
raties, zodat die straks weleens overbodig kunnen geworden." Van
den Bosch is het met hem eens dat deze dubbelingen uit het proces
gehaald moeten worden. "Als de klant maar tevreden is, daar gaat het
ons om. En dan is ketensamenwerking succesvol. Iedere partij moet
doen waar hij goed in is. Het lijkt me bijvoorbeeld onverstandig als
woningcorporaties uit gaan leggen hoe er gebouwd moet worden.
Daar ligt onze expertise helemaal niet. Wat mij betreft kan de produc
tie van het renovatietraject uitbesteed worden aan de bouwer", oppert
hij tot slot.
We kunnen niet meer
hard wegrennen na de
oplevering en zijn langer
bij projecten betrokken
Jark Schepens
Reacties