In de wereld om ons heen zijn veel vernieuwingen: Google Glass, de elektrische auto, zelfs ruimtevluchten naar Mars. Maar ook diensten als Amazon en Uber. Daarmee vergeleken blijven we in de bouw ver achter. Altijd goed is het om eens terug te kijken naar wat er de laatste jaren is veranderd; welke kansen en verwachtingen zag de markt vijf jaar geleden en wat is daarvan terechtgekomen? Terugkijken alleen is niet voldoende. Vanuit de ontwikkelingen in het verleden wordt de opgave voor vandaag zichtbaar.
programma10 nr 5 2014
programma
productontwikkeling
als motor
aanbod op maat, werd veelvuldig genoemd. Beter comfort en veel
aandacht voor energiebesparing waren de belangrijkste gewenste
kwaliteitsaspecten die werden aangegeven.
Opmerkelijk is dat de aandacht voor de verschillende aspecten wezen-
lijk verschilde per partij. Uitvoerende partijen gaven aan dat meer kennis
nodig was over de woon(technische) kwaliteit, woonlasten en een
soepel uitvoeringsproces (fig. 1). Woontechniek en woonlasten wezen
op een geheel nieuw aandachtsveld, namelijk comfort en betaalbaar-
heid. De industrie zag kosten-kwaliteit als belangrijkste factor. Het
eigen product, geplaatst in de tijd (woonlasten en exploitatie en onder-
houd), stond hierbij voorop. Opdrachtgevers zagen zich voor de taak
gesteld om binnen al die aspecten de juiste afweging te maken.
Om die reden is het vreemd dat terwijl de opdrachtgever de afweging
In de wereld om ons heen
zijn veel vernieuwingen:
Google Glass, de elektri-
sche auto, zelfs ruimtevluch-
ten naar Mars. Maar ook
diensten als Amazon en
Uber. Daarmee vergeleken
blijven we in de bouw ver
achter. Altijd goed is het om
eens terug te kijken naar
wat er de laatste jaren is
veranderd; welke kansen en
verwachtingen zag de markt
vijf jaar geleden en wat is
daarvan terechtgekomen?
Terugkijken alleen is niet
voldoende. Vanuit de
ontwikkelingen in het verle-
den wordt de opgave voor
vandaag zichtbaar.
tekst haico van nunen,
bouwhulpgroep
beeld bouwhulpgroep
In 2010 was er de Grote-Renovatie-Enqu?te, waaraan vijftig beslissers
uit diverse gelederen van de sector hebben meegewerkt zoals corpora-
ties, uitvoerende partijen en toeleverende industrie1
. De uitkomst van
de enqu?te gaf goed weer waar op dat moment de aandacht naar
uitging; het belang van renovatie werd almaar groter geacht. Er werd
minder gesloopt en nieuwbouw begon aan een terugloop.
Een logisch gevolg was dat de renovatiesector groter werd. Binnen
deze renovatieopgave werd volgens de deelnemers de positie van de
klant steeds belangrijker; het ging van een vastomlijnd aanbod naar het
aanbieden van keuzemomenten. Een individueel aanbod, evenals een
1 `Alles wordt anders', Liebregts, M., Van Bergen, Y., Renovatie 2010/5.
programma nr 5 2014 11
Figuur 1. (boven) Uit de Grote-Renovatie-
Enqu?te bleek dat de aandacht voor de
verschillende aspecten wezenlijk
verschilde per partij.
Figuur 2. (onder) De gewenste verschui-
vingen voor de sector, genoemd in de
Grote-Renovatie-Enqu?te.
wordt veel meer samengewerkt: ketensamenwerking, co-engineering of
co-makership zijn veel gebruikte termen. Aan de ene kant ingegeven
vanuit optimalisatie en een integrale aanpak, aan de andere kant vanuit
een borging van continu?teit. Continu?teit aan kennis, maar ook simpel-
weg aan werk. Ook wordt steeds vaker gewerkt in concepten waarin
wordt geprobeerd een totaalaanbod te genereren. Daarbij is met name
het thema energiebesparing, en daaraan gekoppeld woonlastenreduc-
tie, veelvuldig opgepakt als drager voor de hele aanpak.
Tijdens de Grote-Renovatie-Enqu?te was het beperkte budget nog niet
zo manifest, maar kwam wel al naar voren. Door diverse oorzaken zijn
de uitgaven voor verbetering en renovatie drastisch afgenomen. In de
praktijk is een verschuiving waarneembaar naar ingrepen met een
beperkt budget ? met de nadruk op onderhoud in plaats van verbetering
op ??n heeft gezet, uitvoerende partijen en toeleverende industrie dit
slechts op de achtste plek plaatsten. In de afwegingsfase wordt beslo-
ten over kwaliteiten en als uitvoerende of toeleverende partij beschikt
over kennis van afwegingen, versterkt zijn positie. Daarnaast werd een
aantal gewenste verschuivingen en ontwikkelingen genoemd (fig. 2).
Nu, bijna vijf jaar later, zien we dat een aantal van die gewenste kwali-
teitsverschuivingen realiteit is geworden. Zo komen er (mondjesmaat)
projectoverstijgende oplossingen en wordt er in teams gewerkt.
ENERGIEBESPARING WORDT EEN THEMA
Veel van de in de enqu?te genoemde trends hebben doorgezet. Op dit
moment heeft renovatie een grote rol in de omzet van de bouw. Er
programma12 nr 5 2014
? en aansluiten bij de huur voor bestaande en nieuwe bewoners.
Dit betekent wel iets voor de opgave en de kwaliteiten. De opgave is
veranderd. Bij veel partijen lag de focus op nieuwbouw. Maar met
inkrimping van die markt en de vragen met betrekking tot renovatie, is
de focus op bestaande bouw komen te liggen. En daardoor is direct
ruimte ontstaan voor nieuwe ontwikkelingen.
BELANG VAN PRODUCTONTWIKKELING
De hedendaagse renovatiepraktijk haalt het niet bij de wensen die er
zijn. Er is behoefte aan meer kwaliteit, maar met de traditionele vormen
van productontwikkeling wordt die niet gerealiseerd. Van oudsher is
productontwikkeling, vanwege kostenverbetering en het voldoen aan
wetgeving, de meest voorkomende reden voor innovatie in de bouw2
.
Maar de ontwikkeling van producten kent vele smaken. Naast kosten
en regelgeving wordt die ingezet om de overcapaciteit te benutten, het
assortiment compleet maken, in te spelen op de markt van anderen
(concurrentie), nieuwe technologie?n toe te passen en in te haken op
een veranderende vraag.
VERHOUDING ARBEID EN MATERIAAL
Bij de ontwikkeling gericht op kosten is effici?nter produceren de
leidraad. Kenmerkend voor de bouw is de verhouding tussen materi-
aal en arbeid. Voor nieuwbouw ligt de verhouding materiaal-arbeid op
ongeveer 60-40%, voor bestaande bouw is die verhouding grofweg
het omgekeerde. De bestaande situatie en het vereiste maatwerk
zorgen ervoor dat het aandeel arbeid voor renoveren relatief hoog is.
Het verlagen van de kosten is dan meestal een verschuiving van
arbeid naar materiaal (fig. 3). Werken met grotere elementen of het
produceren vanuit een hal voor een effici?nter proces, zijn oplossin-
gen uit het verleden en kunnen niet zomaar in de bestaande bouw
worden ingezet. Er moeten wezenlijk andere trajecten worden geko-
zen om tot vernieuwing te komen.
Productontwikkeling vanuit regelgeving uit zich vooral in het maken van
producten die exact voldoen aan de gestelde eisen, of producten met
een meerwaarde die zich juist van de standaard onderscheiden. Denk
hierbij aan dunnere isolatieplaten of installaties die minder geluid produ-
ceren. Bovendien is de waardering voor sommige producten in de EPC
zo hoog, dat fabrikanten die hier nog geen aanbod voor hadden dit
alsnog op de markt hebben gebracht. Op die manier is (energie)wetge-
ving deels de motor geweest voor productontwikkeling.
Overigens wil dit niet zeggen dat er geen productontwikkeling plaatsvond
in de eerder genoemde terreinen, maar die was maar mondjesmaat en
bovendien vooral op nieuwbouw gericht. Het bouwproces van nieuw-
bouw was nu eenmaal beter in te schatten en de jaarlijkse bouwopgave
gaf voldoende duidelijkheid over afzet. Maar met verandering van de
renovatieopgave verandert tevens de wijze van productontwikkeling.
PROCESONTWIKKELING
Productontwikkeling gaat verder dan alleen het product, want het proces
is mede bepalend voor de kwaliteit. Sinds de Grote-Renovatie-Enqu?te
zijn diverse ontwikkelingen doorgevoerd. Uitvoerende partijen besteden
veel meer aandacht aan flexibiliteit en aan het individu. Bewoners kunnen
tegenwoordig kiezen op welk tijdstip werkzaamheden plaatsvinden.
Soms is er zelfs ruimte gegeven om niet mee te doen of pas in een later
stadium. Bovendien worden werkzaamheden steeds beter op elkaar
afgestemd. Met ketenintegratie, Lean-plannen en de inzet van multifuncti-
onele teams is de traditionele keuken-, douche-, toiletrenovatie van vijf-
tien dagen al teruggebracht naar zeven of zelfs drie dagen.
VAN PRODUCT NAAR COMPONENT
Die keuzevrijheid is ongeveer vijftien jaar geleden op grotere schaal door-
gedrongen en heeft zich nu eindelijk een vaste plek toege?igend. Reden
voor de toeleverende industrie om aan de slag te gaan met thema's als
comfort, energiebesparing en woonlastenreductie. Het zijn de wensen van
bewoners. Productontwikkeling gaat over het kunnen inspelen op de indi-
viduele gebruiker en de gebruiker centraal stellen. Dat klinkt eenvoudig, je
gaat immers maken waar vraag naar is. In de praktijk is dit toch lastig.
De fabrikant gaat namelijk uit van zijn product en de kwaliteiten die hij
kan bieden. De gebruiker is over het algemeen niet ge?nteresseerd in
producten, maar in de functionaliteit die de producten hem bieden. En
vaak wordt die pas geboden door een combinatie van producten, een
bouwdeel of een component. Dat betekent dat productontwikkeling niet
binnen een bedrijf moet plaatsvinden, maar juist m?t andere bedrijven.
Dat houdt in dat de hele visie van een bedrijf moet veranderen van
productdenken naar componentdenken.
SERIE VAN ??N
Om als bedrijf een goede component op de markt te kunnen zetten
waarmee de klant zo optimaal mogelijk wordt bediend, dient een functi-
onaliteit te worden aangeboden die aansluit bij individuele wensen.
Grote series liggen dan niet voor de hand. Een product moet in een
individuele situatie kunnen worden aangebracht: de serie van ??n. Juist
omdat uitvoerende partijen steeds meer woningen op individuele basis
uitvoeren. Het gaat niet meer over een afzonderlijk bouwdeel, maar
over samengestelde bouwdelen die voorzien in een gebruiksfunctie.
We spreken dan over een component.2 `De eindeloze zoektocht van de bouw', Liebregts, M., Renda 2013/4.
programma nr 5 2014 13
Dit componentdenken brengt weer nieuwe knelpunten met zich mee.
Iedere fabrikant produceert een goed product. Vervolgens worden die
producten op elkaar afgestemd als bouwdeel om te voorzien in het
gebruik. Dit is vaak een ingewikkeld proces omdat er diverse belangen
van de betrokken partijen meespelen. Vervolgens moet het bouwdeel in
de praktijk goed kunnen worden aangebracht en geregeld. Want net zo
belangrijk als goede producten, is een goede borging bieden van
uitvoering en gebruik. Productontwikkeling, waar bedrijven zich ieder
voor zich mee bezighouden, verschuift naar systeemontwikkeling. Daar-
bij staat borging van de kwaliteit van het systeem voorop. Dat is nieuw
en betekent dat je kennis moet delen.
ROL VAN DE BEWONER
De ontwikkelingen in de laatste vijf jaar zijn hard gegaan. Uitvoerende
partijen hebben een slag gemaakt door een meer individuele benadering
en de toeleverende industrie heeft een stap gezet door meer in te
spelen op gebruikerswensen. Beide ontwikkelingen zijn overigens niet
vreemd als je bedenkt dat ze betrekking hebben op renovatie en niet op
nieuwbouw. Bij renovatie is de rol van de bewoner immers groter, al
wordt dit niet altijd beseft.
Ook in de toekomst is die bewonersrol groot. Zowel voor uitvoerende
als toeleverende partijen geldt dat productontwikkeling ondersteunend
moet zijn aan de ingezette trajecten. Nieuwe kennis van gevraagde
kwaliteiten en van de bestaande voorraad is nodig om de ontwikkelin-
gen mogelijk te maken. Aangezien de opgave en de uitwerking ervan
steeds individueler wordt en zelfs in een serie van ??n wordt aangebo-
den, moet worden gezocht naar de grootste gemene deler. Met welke
producten en oplossingen kan een zo groot mogelijk aantal woningen
worden bediend? Zo groot, dat het loont om specifieke toepassingen te
ontwerpen. Dit kan zodra bekend is hoe de voorraad er uitziet. En die is
gelukkig goed in te delen. Niet alleen naar bouwjaar, maar ook naar
families met gelijke kenmerken. Op die manier kun je een concept
ontwikkelen voor een bepaald marktsegment. Met de families in het
achterhoofd kunnen de verschillende agenda's van productontwikkeling
opnieuw worden bekeken en op marktpotentie worden beoordeeld.
EEN ANDERE OPDRACHTGEVER
De belangrijkste ontwikkeling van de afgelopen jaren is dat er nieuw
aanbod van functionaliteiten is ontwikkeld. Bij een groot deel hiervan ligt
een accent op energiebesparing en woonlastenreductie. Wat dat betreft
zijn de wensen van opdrachtgevers ingewilligd. Wel heeft dit aanbod
nieuwe vragen opgeroepen die eerder niet aan de orde waren, bijvoor-
beeld over kwaliteitsborging, verhoudingen tussen partijen en de wijze
van opdrachtverlening. Dit is de opgave voor de opdrachtgever: het stel-
len van de juiste vraag en het kiezen van het best passende aanbod.
Naast de professionele is er echter nog een opdrachtgever. Dit is er
een die tot nu toe onbesproken is gebleven: de eigenaar-bewoner. Met
4,3 miljoen particuliere woningen is deze groep groter dan het aantal
corporaties en ook zij staat voor een verbeteropgave. Met de verschui-
ving van losse producten naar componentaanbod en garanties wordt
het voor die groep wellicht interessant om tot verbetering over te gaan.
Kwaliteitsborging bij veranderende samenwerking en flexibele uitvoering
is nu een belangrijk item geworden. Het gaat erom dat de opdrachtgever
zekerheid wil hebben over de geleverde prestaties en wie binnen de
(keten)samenwerking waarvoor verantwoordelijk is. Dit gaat verder dan
een procedure met lijstjes en overdrachtsmomenten. Het gaat om
communiceren over kwaliteit en het inzichtelijk maken van de geleverde
prestaties.
TOEKOMSTIGE DILEMMA'S
Genoeg gekeken naar het verleden; laten we eens vooruit kijken. Er zijn
drie dilemma's die ontwikkelingen de komende vijf jaar gaan bezighouden:
1. Doordat meer wordt samengewerkt in ketens ontstaat er meer afhan-
kelijkheid van elkaar. Het eindresultaat ? of dit nu een heel gebouw is
of alleen componenten ? is afhankelijk van diverse disciplines. Maar
niemand houdt het overzicht op de borging van de projectkwaliteit. Er
is behoefte aan een ontwerpregisseur, een (onafhankelijk) iemand die
alles overziet en mede zorgt voor de eindkwaliteit.
2. De ontwikkeling naar afzonderlijke componenten is langzaam inge-
zet, maar heeft zijn eigen dynamiek en een eigen ontwikkelagenda.
Het gaat veel meer over de technologische ontwikkelingen van de
component. Welke eigenschappen zijn gewenst en welke verschil-
lende smaken componenten moeten er komen?
3. Opdrachtgevers, huurders en eigenaar-bewoners gaan steeds verder
in hun wensen. Productie en uitvoering verschuiven naar de serie
van ??n. Hoe organiseer je dat, wat betekent dat voor de kosten en
hoe past het binnen de visie en het beleid dat er nu is?
Onlangs is er een nieuwe opgave aan de dilemma's toegevoegd; verbe-
teren met een beperkt budget.
DE MOTOR VAN DE BOUW
Productontwikkeling is de motor van de bouw: nieuwe materialen,
verbeterde processen en een frisse kijk. Er wordt wel eens cynisch
gedaan over innovaties in de sector. En eerlijk gezegd zijn er niet veel
grote innovaties waar te nemen. Maar vele kleine stapjes maken ook
een grote sprong. Terugkijkend naar de Grote-Renovatie-Enqu?te zijn er
geen echt grote stappen aan te wijzen. Maar toch heeft in die periode
langzaam een omslag plaatsgevonden van product naar component.
Misschien is dat de motor voor vernieuwing in de bouwsector:
stapje voor stapje.
Figuur 3. Vergelijking
proceskosten,
procesoverstijgend
werken en innova-
ties.
Reacties