In Nederland staan drie miljoen niet-toekomstbestendige woningen. Ze stoten samen 15% van alle CO2 uit, met almaar stijgende energiekosten voor de bewoners. Het zijn spookhuizen: gordijnen wapperen van de tocht, ramen en deuren knarsen. Energiecoöperaties kunnen een flinke bijdrage leveren aan de energieneutrale verbouwing van de woningen in particulier bezit.
1
Perspectief voor eigenaar-bewoners
28-8-2014
In Nederland staan drie miljoen niet-toekomstbestendige woningen. Ze stoten
samen 15% van alle CO2 uit, met almaar stijgende energiekosten voor de
bewoners. Het zijn spookhuizen: gordijnen wapperen van de tocht, ramen en
deuren knarsen. Energieco?peraties kunnen een flinke bijdrage leveren aan de
energieneutrale verbouwing van de woningen in particulier bezit.
Tekst Felix van Gemen, marktontwikkelaar Energiesprong, en Manuel den Hollander, co?rdinator
CALorie
De Nederlandse overheid onderneemt al tientallen jaren pogingen om energiebesparende
maatregelen voor de 4,4 miljoen particuliere woningen uit te rollen. Naast
overheidsprogramma's als blok-voor-blok en Meer met Minder zijn er diverse programma's
van provinciale en lokale overheden om energiebesparing te stimuleren. Het directe effect
daarvan is tot nu toe beperkt. De oorzaak ligt in het onderschatten van een complex mengsel
van financi?le, technische, sociale en psychologische factoren. Ook het Nationaal
Energiebespaarfonds, dat op 1 januari van start is gegaan, getuigt van een grote
onderschatting van de complexiteit van de weerbarstige praktijk. Het rentepercentage van de
lening is niet of nauwelijks lager dan dat van concurrerende hypotheekverstrekkers, de korte
looptijden leiden tot fors hogere maandlasten op de korte termijn en de aanvraag doet in
complexiteit zeker niet onder voor de gemiddelde hypotheekaanvraag.
Omdat overheidsmaatregelen tot nu niet goed hebben gewerkt, is het interessant te kijken op
welke manier lokale energieco?peraties (LEC's) een bijdrage kunnen leveren aan
energiebesparing.
Voorbeeld van een energieneutraal verbouwd huis.
2
Rollen voor de co?peratie
Een energiebesparingsproject is voor een (lokale) energieco?peratie intensief en meerjarig.
Zo is er een aantal rollen weggelegd voor de energieco?peratie als het gaat om
energieneutraal verbouwen van particuliere huizen:
Informeren en inspireren
Laten zien wat de mogelijkheden zijn, idealiter via oplossingen die bij andere leden zijn waar
te nemen in de eigen omgeving. Dit is het zogenoemde gluren bij de buren, maar tegelijk het
informeren over mogelijke drijfveren om aan de slag te gaan met de woning. Het monitoren
van de situatie van het huishouden is hier een belangrijk onderdeel van.
Opstellen programma van wensen
Op basis van de drijfveren van het lid moet
inzicht ontstaan over wensen, randvoorwaarden,
gezinssituatie en het verloop van de aanpak.
Het gaat hierbij niet om de techniek, maar om
het uitdagen van de aanbodzijde.
Duiden van aanbod
Dankzij een duurzame samenwerking met lokale
en regionale partners, kan de co?peratie grip
houden op de kwaliteit van de uitvoerders en het
aanbod valideren. Dat laatste kunnen ook de
leden onderling doen. In de samenwerking met
uitvoerende partijen kan de co?peratie sturen op
producten met prestatiegarantie. Hierbij is een
risico dat het aanbod zelf wordt georganiseerd
of dat een exclusieve relatie wordt aangegaan.
In de regel geldt dat het zelf leveren van
producten niet tot de corebusiness van de
energieco?peratie moet horen. Dat kan de
onafhankelijkheid in gevaar brengen.
Uitvoeren en monitoren
Zicht hebben op de prestaties van de woning is
van groot belang om als lid betrokken te blijven
bij de verduurzaming van de woning, zeker als
wordt gekozen voor een stapsgewijze aanpak.
De co?peratie kan hierin een grote rol spelen. Ze kan de energieprestatie van
ledenwoningen monitoren en effecten van maatregelen meten, maar kan ook onderling
vergelijken tussen leden.
Struikelblokken
Een voorbeeld van een lokale energieco?peratie is CALorie uit Castricum. Zij is de afgelopen
jaren onder meer actief geweest met energiebesparingsprojecten. Daarbij kwam de LEC vier
struikelblokken tegen:
Financiering
Een looptijd van dertig jaar past goed bij
energiegerelateerde maatregelen.
Energieprestatie en woonlasten zijn immers
onlosmakelijk met elkaar verbonden. Door de
financiering ervan te betrekken in het
hypothecaire domein, ontstaan er meer
mogelijkheden. Op de website van Vereniging
Eigen Huis kan worden berekend welk bedrag
kan worden geleend op basis van de
energierekening. Bij een gemiddelde
energierekening is dat voor een looptijd van
dertig jaar 42.626 en van vijftien jaar
25.848. Dat is te weinig om een verbouwing
naar energieneutraal te financieren. Om die
reden wordt hard gewerkt aan nieuwe
hypotheekregels. Dankzij nieuwe wetgeving
kan er sinds 1 januari 2014 13.500 extra
worden geleend voor het bouwen van een
energieneutrale nieuwbouwwoning. Maar
voor renovatie biedt deze wetgeving nog
geen soelaas. Daarom maakt Energiesprong
zich middels de campagne `Ons huis verdient
het' hard om deze wetgeving verder aan te
passen. Zo kunnen in de toekomst ook
renovaties vanuit onze hypotheken worden
gefinancierd.
3
1. Gebrek aan geld
Als particulieren al willen, is geld vaak een probleem. Voor kleine maatregelen met een korte
terugverdientijd is eigen spaargeld een effectief middel. Maar gaat het om een integrale
verbouwing met een energieneutrale ambitie, is spaargeld meestal niet toereikend. Hierdoor
stranden hoge ambities en blijven de genomen maatregelen beperkt. Vervolgens verzandt
vaak de ambitie, terwijl een integrale aanpak veel synergievoordeel biedt.
In sommige gevallen kan het benodigde bedrag toch worden opgebracht door een
combinatie van een (hypothecaire) lening en eigen geld. Dit is een optie indien het
uitgangspunt goed is en er bijvoorbeeld `slechts' 25.000 nodig is. Echter kost een integrale
verbouwing algauw 40.000 tot 60.000. Zolang dit bedrag (nog) niet onder gunstige
condities kan worden geleend, biedt CALorie haar leden ? naast de alles-in-??n-keer-
methode ? een stapsgewijze mogelijkheid aan. Hierbij wordt het originele ambitieniveau
gehandhaafd en kan de bewoner, afhankelijk van de beschikbaarheid van financi?le
middelen, slimme stappen zetten.
2. Afwezigheid van integraal aanbod
Integraal energieneutraal verbouwen is complex en nog alles behalve gemeengoed onder
bouwers en installateurs. Hier is de kloof tussen vraag en aanbod groot. De uitdaging
hiervoor is duaal. Enerzijds moeten particulieren aan de vraagzijde vragen om oplossingen in
plaats van technieken. Anderzijds is aan de aanbodzijde de tijd van prijscalculatie op basis
van een bestek binnenkort verleden tijd. Bouwers moeten dus zelf met oplossingen komen
om de wensen van vragers in te vullen en zullen creatief moeten worden in de
betaalbaarheid van deze oplossing. Dit kunnen zij bijvoorbeeld doen door bepaalde
deeloplossingen te standaardiseren en technieken slim te combineren.
CALorie wil op dit punt een belangrijke bijdrage leveren door leden te helpen bij het
formuleren van de juiste vraag aan de markt. In plaats van een technisch programma van
eisen, stelt de co?peratie samen met haar leden een programma van wensen op. Dat is
gebaseerd op de individuele drijfveren van de leden: woningverbetering, kosten, milieu en
klimaat, mooie technieken en `van het gas af'. Een quick scan in de achterban van CALorie
toonde dat vooral `milieu en klimaat' en `van het gas af' motiveren om energieneutraal te
verbouwen. Maar zodra de doelgroep breder wordt, zullen ook andere drijfveren een rol gaan
spelen.
Energieproblemen versus energiekansen
Energieproblemen voor huizen Energiekansen voor huizen
Lek als een mandje Comfortabel en tochtloos
Ongezond binnenklimaat Gezond binnenklimaat
Hoge maandlasten Dalende maandlasten
15% van CO2-uitstoot Nul CO2-uitstoot
Noodzakelijk onderhoud voor toekomst Klaar voor de toekomst
Niet klaar voor vergrijzing Levensloopbestendig
Afhankelijk van gasvoorziening Minder afhankelijk van gas en `moeilijke' landen
Huis wordt minder waard Huis wordt meer waard
3. Gebrek aan vertrouwen
Als een eigenaar-bewoner de keuze heeft gemaakt om energieneutraal te verbouwen, welke
bedrijven kan hij dan vertrouwen? Soms komen grote energiebedrijven aan de deur met het
aanbod om even de spouwmuur of de vloer te isoleren. Maar er zijn veel verhalen over
toxische dampen en vochtplekken ten gevolge van (verkeerde) isolatie. Vertrouwen staat dus
centraal. Hierin heeft de LEC een unieke positie. Zij doet namelijk wat het beste is voor haar
leden, de burgers en bewoners van een wijk of gemeente. Een paar voordelen van het
werken met een LEC zijn:
De volledig onafhankelijke co?peratie helpt bij het duiden van het aanbod;
4
Tijd is een vriend, geen vijand. Het aanpakken van de eigen woning is een ingrijpend
proces dat niet over ??n nacht ijs gaat. Dit staat haaks op de snelle aanpak met
individuele besparingsproducten, die veel wordt toegepast door bedrijven;
De co?peratie kan maatwerk leveren en `gluren bij de buren' is een belangrijk
onderdeel van het proces om te komen tot keuzen.
Essentieel onderdeel van het cre?ren van vertrouwen in oplossingen, is dat CALorie ook de
prestaties van maatregelen monitort. Ook dat hoort bij onafhankelijkheid. De verkregen
inzichten dragen er in hoge mate toe bij dat bouwers gaan denken in termen van
prestatiegaranties. Dat is belangrijk, zeker als het gaat om integrale verbouwingen met een
energieneutrale ambitie.
4. Gebrek aan interesse en urgentie
Waarom zou een bewoner zijn huis
overhoop halen, een lening aangaan of zijn
spaargeld besteden aan energiebesparing?
Hierop zijn eigenlijk nauwelijks eenduidige
antwoorden te vinden. `Goed voor je
portemonnee ?n het milieu', is de huidige
redenering. Maar die is veel te nauw. In veel
campagnes lijkt het of de essentie
energiebesparing is, maar dat klopt niet.
CALorie en stichting Energiesprong zijn
samen op zoek gegaan naar werkelijke
drijfveren. Die zijn voor iedereen anders en
dat is ook goed. Zonder de juiste drijfveren
komt niemand in beweging.
Beide partijen komen samen tot een geheel
nieuwe redenering voor energiebesparing:
energiebesparing als krachtig middel, niet
als doel op zich. Deze integrale benadering is complex, maar de realiteit is dat ook. Anders
hadden alle rekensommetjes van terugverdientijden wel meer effect gehad. We hebben het
dus niet meer over energiebesparing of energieneutraliteit, maar over duurzaam wonen. Dat
kan van alles betekenen, afhankelijk van wat de particuliere eigenaar belangrijk vindt. Het
kan bijvoorbeeld gaan om lage woonlasten, een toekomst- en levensloopbestendige woning
of gezond en comfortabel wonen. Vaak is het een combinatie van deze eigenschappen.
Trias Energetica Co?perativa
Samenvattend kan worden gezegd dat het erom gaat alle huizen energieneutraal te maken,
zodat we problemen met het klimaat, ongewenste afhankelijkheid en woningdegradatie
kunnen ombuigen tot een duurzame samenleving. En als we dan toch bezig zijn: laten we
het meteen zo comfortabel en gezellig mogelijk doen. Energieneutraliteit wordt volgens de
Trias Energetica bereikt door eerst energie te besparen, vervolgens duurzaam op te wekken
en ten slotte eventuele fossiele restenergie zo effici?nt mogelijk in te zetten. De queeste van
energieco?peraties past hierin: de Trias Energetica Co?perativa. Ze begint bij de kern van
leden en breidt zich al naar gelang nodig uit naar wijk, gemeente en regio. Al dan niet
gestoeld op de Trias Energetica Co?perativa, treedt de energieco?peratie die zich
bezighoudt met energieneutraal verbouwen het huis van haar leden binnen. Dat is best
spannend. Of het er nou spookt of niet.
`Van het gas af' kan een drijfveer zijn voor een energieneutrale
verbouwing.
Reacties