Goedkoop is vaak duurkoop. Dat is de gedachte achter de Methode Innovatiestimulerend Aanbesteden en Realiseren. De aanbesteding van twee grootonderhoudsprojecten in Helmond van woningcorporatie Woonpartners, verliep volgens deze methode. Dit leidde tot een interessant aanbestedingstraject. Dat blijkt tijdens een gezamenlijke evaluatie, waarbij alle zes de strijdende bouwers aanwezig zijn – ook zij die de aanbesteding niet kregen.
komt kwaliteit v??r prijs?14 nr 4 2013
komt kwaliteit
v??r prijs?
Van Gisbergen ? een onwennig proces. Aan het eind van het traject
hebben Bouw Totaal Onderhoud en Groenen Bouw de opdracht mee
naar huis genomen. Zij dienden volgens opdrachtgever woningcorpora
tie Woonpartners kwalitatief het beste totaalplan in. De evaluatie van
de volgens de MIAR aanbestede projecten dient om deze methode
verder aan te scherpen en zo in de toekomst tot een nog scherpere
kostenkwaliteitverhouding in de aanbesteding te komen.
prijs versus continu?teit
Hoewel de prijs bij deze andere vorm van aanbesteden niet leidend is
geweest, bleef die voor de corporatie wel belangrijk in de overweging.
Theo Boezer, projectco?rdinator bij Woonpartners, bevestigt dat tijdens
de evaluatie. "Het is inderdaad zo dat bij ??n van de twee projecten
een aantal partijen kwalitatief erg dicht bij elkaar lag in het aanbeste
dingstraject. Omdat de prijs verder uit elkaar lag, hebben we in dat
project toch gekozen voor de goedkoopste optie. Bij het andere project
waren het plan van aanpak en de presentatie doorslaggevend en
hebben we dus niet naar de prijs gekeken", vertelt hij.
Jark Schepens, directeur van de Bonth van Hulten, vraagt zich af
waarom het budget voor de onderhoudsprojecten niet van tevoren op
tafel is gelegd. Dat is volgens hem duidelijker en ook eerlijker naar de
goedkoop is vaak duurkoop.
Dat is de gedachte achter de
methode innovatiestimule-
rend aanbesteden en reali-
seren. De aanbesteding van
twee grootonderhoudspro-
jecten in Helmond van
woningcorporatie Woonpart-
ners, verliep volgens deze
methode. Dit leidde tot een
interessant aanbestedings-
traject. Dat blijkt tijdens een
gezamenlijke evaluatie,
waarbij alle zes de strijdende
bouwers aanwezig zijn ? ook
zij die de aanbesteding niet
kregen.
tekst joop van vlerken
foto's bouwhulpgroep
Het idee achter de Methode Innovatiestimulerend Aanbesteden en
Realiseren (MIAR), ontwikkeld door BouwhulpGroep, is dat wordt
geprobeerd om op een zo objectief mogelijke manier de beste partij
voor de klus te krijgen. Het gaat bij de methode vooral om de kwaliteit
van het werk en niet in de eerste plaats om de kosten. Dat is voor veel
aannemers nieuw. Zij zijn vanuit het verleden gewend vooral naar de
kosten te kijken en een zo goedkoop mogelijk aanbod te doen. Om die
reden was het voor de deelnemende partijen in de aanbesteding voor
de wijk Rijpelberg in Helmond ? Adriaans Bouwgroep, Bouw Totaal
Onderhoud, de Bonth van Hulten, Groenen Bouw, Huybregts Relou en
nr 4 2013 15
partijen in de aanbestedingsronde. "Als we van tevoren de prijs weten,
weten we ook welke kwaliteit we daarvoor kunnen bieden", redeneert
hij. Maar volgens Boezer had het overleggen van het budget in dit geval
geen toegevoegde waarde. "Bovendien heb je dan weer het probleem
dat aannemers naar de prijs toe gaan rekenen, zo realiseer je geen
kwaliteit", vindt hij. Voor complexe plannen kan het volgens de project
co?rdinator wel werken om het budget bij voorbaat vrij te geven, maar
voor relatief eenvoudige onderhoudsprojecten zoals deze niet.
Het is in dat kader vreemd dat er niet over continu?teit is gepraat, vindt
Marc van Diessen, projectleider bij Huybregts Relou. "Prijs wordt
minder belangrijk als er projectoverstijgend wordt aanbesteed en er
bijvoorbeeld meerdere projecten tegelijkertijd worden aangeboden.
Bouwers zijn best bereid iets aan de prijs te doen, als ze weten dat ze
meerdere projecten voor een woningcorporatie mogen realiseren. En
het zal ook de kwaliteit ten goede komen, omdat er sprake is van een
langdurige samenwerking", legt hij uit. Meerdere aannemers aan tafel
denken er net zo over. Johan Groenen van Groenen Bouwonderhoud
vertelt dat het meedoen aan een aanbestedingstraject veel tijd en geld
kost en dat het daarom fijn is als het om meer dan ??n project gaat.
Dat is een aanbeveling die Woonpartners meeneemt voor de toekomst.
ruimte in tijD en creativiteit
Een belangrijke conclusie uit de evaluatie is dat de bouwbedrijven
vinden dat ze te weinig ruimte hebben gekregen voor de bieding op de
twee onderhoudsprojecten in Helmond. Er was niet alleen te weinig
ruimte in tijd, maar ook in creativiteit. Want hoewel de MIARaanbeste
ding stuurt op innovatie en creativiteit, vinden de partijen dat er in dit
geval al te veel van tevoren was vastgelegd. De bouwers hadden graag
zelf oplossingen bedacht voor technische problemen. Jan Bouw, advi
seur bij Bouw Totaal Onderhoud, bepleit zelfs dat de eis in het aanbe
stedingstraject `levensduurverlenging van de woningen met 25 jaar' zou
moeten zijn. "Dat maakt het veel eenvoudiger. Bouwers kunnen dan
zelf bepalen wat de levensduur van bepaalde onderdelen is", licht hij
toe. "Als ze op deze lange termijn betrokken worden bij het onderhoud
van woningen en ook bij beheer en exploitatie, nemen ze bovendien
beslissingen die leiden tot kwalitatief betere woningen."
Naast de beperkte ruimte in creativiteit is er volgens de aanwezigen
ook te weinig tijd geweest voor het indienen van de plannen. Dat kwam
niet alleen omdat een deel van de aanbestedingsfase in de bouwvak
viel. "Voor dit soort trajecten is gewoon meer tijd nodig dan bij een
normale aanbesteding, omdat het nieuw en complex is", zegt Groenen.
Ook Woonpartners heeft verbeterpunten voor het aanbestedingspro
ces. Zij ziet bijvoorbeeld graag dat aannemers een gedeelte van het
risico dragen in onderhoudsprojecten. Dat kan voor de corporatie een
belangrijke reden zijn om een aannemer in de toekomst meer projecten
te gunnen.
overHeersenDe tevreDenHeiD
Ook bestond er tijdens het traject bij veel van de bouwbedrijven ondui
delijkheid over wat er precies uitgevoerd moest worden. Ton Meeus
van Aannemersbedrijf J.A. van Gisbergen geeft aan dat hij flink heeft
moeten rekenen, wikken en wegen om tot een goede prijs te komen.
Hij vindt dat er in de uitvraag te veel ruimte was voor interpretatie.
Moest de toiletpot bijvoorbeeld vervangen worden of niet? Schepens
van de Bonth van Hulten vindt juist dat er te weinig ruimte was in de
aanbesteding en dat de vraagstelling te beperkend was. Deze kritiek
trekt Chris Huppertz, manager Klant en Vastgoed van Woonpartners,
zich aan. "De volgende keer moeten we de uitvraag zo opstellen, dat
jullie er beter op in kunnen spelen", reageert hij. Zowel Woonpartners
als de deelnemende aannemers zijn ? op een paar kritiekpunten uitge
zonderd ? tevreden over het aanbestedingstraject. "De communicatie
in het hele aanbestedingsproces is transparant en persoonlijk
geweest", volgens Schepens. Verder overheerst er waardering voor
het feit dat er niet alleen naar de prijs, maar ook naar de kwaliteit is
gekeken. "Misschien is de prijs in dit traject zelfs nog te veel leidend
geweest", besluit Schepens.
miar-metHoDe
Binnen de Methode Innovatiestimulerend Aanbeste
den en Realiseren (MIAR) van BouwhulpGroep is
evenwicht tussen de gewenste prestatie van de
opdrachtgever en de potentie van het aanbod van
de bouwer. Het aanbod wordt kwalitatief maximaal
gestimuleerd om een antwoord te kunnen geven op
de gestelde vraag. De vraag is dan ook geen afge
timmerde oplossing, maar laat juist ruimte voor
eigen invulling. Een oplossing moet bedacht worden
binnen de kaders van de gestelde prestatieeisen.
Reacties