Leegstand leidt tot herbestemming, transformatie en zeker ook sloop, stelt Rudy Stroink, voormalig directeur bij vastgoedontwikkelaar TCN in Utrecht. “Sloop is onvermijdelijk, simpelweg omdat de helft van de leegstaande kantoren zijn tijd voorbij is. Daar is geen vraag meer naar. Daarom kunnen ze beter worden platgegooid en plaatsmaken voor bijvoorbeeld meer groen”, aldus de pleitbezorger van het onlangs opgerichte Sloopfonds.
nr 3 2012 interview rudy stroink4
"Sloop is
onvermijdelijk;
de helft van de
leegstaande
kantoren is zijn
tijd voorbij"
nr 3 2012interview rudy stroink 5
interview
Het interview vindt plaats vanuit de auto, op weg van de ene naar de
andere afspraak. Liefst telefonisch, luidde het verzoek. Rudy Stroink is
een druk bezet man. Twee jaar geleden trad hij terug als directeur van
het door hem opgerichte TCN. Hij ging zich inzetten voor maatschap-
pelijke vernieuwing, gaf hij als verklaring. Nu treedt hij naar voren met
zijn visie over herbestemming, transformatie en sloop. "Er moet worden
gesloopt", beweert Stroink stellig. "We zijn hard op weg naar een leeg-
stand van 30 tot 40 procent van het kantorenaanbod. Maximaal de helft
daarvan is transformeerbaar voor een andere functie, van wonen tot en
met het vestigen van een champignonkwekerij, zo hoorde ik laatst.
Voor de rest bestaat geen toekomst. Die gebouwen zijn hun tijd voorbij.
Er is een hele lange tijd veel te eenzijdig gebouwd; een lange centrale
gang waar een hele batterij kantoorcellen op uitkomt. Dat werkt abso-
luut niet meer, men wil liever op andere plekken werken. Daarnaast
hebben we te maken met het krimpen van de vraag."
Recessie
Deze krimpvraag heeft volgens de vastgoedman niets te maken met de
recessie. "Absoluut niet, dat is een groot misverstand. Er is minder
behoefte aan kantoorgebouwen, omdat onze manier van bedrijfsvoering
is veranderd. Vroeger was een kantoor de enige plek waar werd verga-
derd, waar het archief zich bevond en waar de informatietechnologie
aanwezig was. Tegenwoordig is bijvoorbeeld door internet informatie
niet meer plaatsgebonden. Ik zei tegen mijn medewerkers bij TCN ook
altijd: het geld wordt niet op kantoor verdiend, ga erop uit, ga naar de
klant toe. Het zijn allemaal structurele wijzigingen in opvattingen over
het verrichten van arbeid, waarvan bijvoorbeeld Het Nieuwe Werken
een uiting is."
De leegstand heeft volgens Stroink nog een reden: "Door een gebrek
aan co?rdinatie hebben we met zijn allen een Nederland gepland voor
25 miljoen inwoners, terwijl we wisten dat het ergens bij 17,5 miljoen
zou stoppen. De private sector had dat moeten zien, maar was verblind
door de groeigedachte: `if they build it, they will come'. Nu moet vooral
de markt zichzelf corrigeren. Dat is even door de zure appel heen
bijten, maar het is niet anders."
tekst wilbert leistra
foto's ivar pel
Leegstand leidt tot herbe-
stemming, transformatie en
zeker ook sloop, stelt Rudy
stroink, voormalig directeur
bij vastgoedontwikkelaar
TcN in Utrecht. "sloop is
onvermijdelijk, simpelweg
omdat de helft van de leeg-
staande kantoren zijn tijd
voorbij is. Daar is geen
vraag meer naar. Daarom
kunnen ze beter worden
platgegooid en plaatsmaken
voor bijvoorbeeld meer
groen", aldus de pleitbezor-
ger van het onlangs opge-
richte sloopfonds.
interview
rudy stroink
nr 3 2012 interview rudy stroink6
VeRLoeDeRiNg
Leegstand leidt vaak tot verloedering. Onnodig, volgens Stroink. Het
gaat om prioriteiten stellen, beweert hij. "Je moet een duidelijk onder-
scheid maken tussen de kansrijke locaties en de zorgenkindjes. Kans-
rijk zijn steden met meer dan 150.000 inwoners. Mensen willen graag in
een stedelijke omgeving werken en is er leegstand, dan zijn er vaak
voldoende goede mogelijkheden tot herbestemming, vooral door een
kantoorpand te transformeren tot woningen. Zorgenkindjes zijn de snel-
weglocaties. Daar zijn er ontzettend veel van gebouwd, maar ze
voldoen qua locatie absoluut niet meer aan de wens van de gebruikers.
Dan moet je stoer zijn en zeggen: slopen. Prima gelegenheid om er
groen voor in de plaats aan te leggen. Meer groen draagt bij aan de
kwaliteit van de omgeving. Dat is ook wat waard", zegt Stroink, die als
voorzitter van de adviescommissie van het Platform Bedrijventerreinen
en Kantoorlocaties (Plabeka) in Amsterdam, Utrecht en regio Gooi- en
Vechtstreek regelmatig met dergelijke vraagstukken te maken heeft.
Om verloedering te voorkomen, doet hij een beroep op Den Haag: "De
problematiek heeft ook met stedelijk beheer te maken. Dat is niet goed
verankerd in de wet en zou dat wel moeten zijn."
HeRbesTemmiNg
Bij de enorme sloopgolf die eraan komt, is het volgens Stroink zaak dat
niet het karakteristieke Nederland verloren gaat. Daarom zet hij zich als
lid van het H-team van het Nationaal Programma Herbestemming in
voor het behoud van karakteristieke panden. "Het gaat hierbij om
panden die bijdragen aan de kwaliteit van de stedelijke omgeving.
Herbestemmen is proberen het goede te halen uit wat je al hebt. Er
staan zo veel juweeltjes in ons land die het absoluut waard zijn om
behouden te blijven."
Stroink vindt vanuit zijn achtergrond als vrijzinnig liberaal dat de markt
een grote rol moet spelen bij de herbestemmingsopgave. Hij ziet echter
ook voor de overheid een belangrijke rol weggelegd. "De overheid
moet naar mijn mening komen met een goed beloningsstelsel voor het
herbestemmen van karakteristieke panden. Denk bijvoorbeeld aan het
versoepelen van bestemmingsplannen, het mogelijk maken dat binnen
een pand een mix van functies mogelijk wordt, het versoepelen van het
vergunningsstelsel, en natuurlijk ook in de vorm van fiscale maatrege-
len. Bijvoorbeeld de mogelijkheid om versneld af te schrijven."
Het hele stelsel van wetten en vergunningen is uitsluitend ge?nt op
groei, stelt de oud-topman van TCN. "Onterecht, we moeten meer
focussen op krimp en herbestemming in plaats van nieuwbouw. Het
vergrootglas moet over het hele stelsel worden gelegd en meer worden
gericht op verbouw en herbestemming."
sToomLocomoTieVeN
Het gros van de kantoorpanden dat volgens Stroink direct op de nomi-
natielijst voor sloop hoort, omschrijft hij als de stoomlocomotieven van
de sector. "Ik heb het over de grootverbruikers qua energie en de
grootvervuilers van het milieu qua uitstoot van CO2
bijvoorbeeld. Die
mogen wat mij betreft direct worden gesloopt. Toen de elektrische trein
sneller en vooral schoner bleek, betekende dat het einde van de stoom-
locomotief. Dit gaat voor mij ook op voor de kantoorsector. Wij zijn
maar doorgegaan met het bouwen van Hummers, terwijl de klant om
nr 3 2012interview rudy stroink 7
van die kleine, zuinige Japanse auto's vroeg. Dan
is het niet gek dat we nu met die enorme leeg-
stand te maken hebben."
"De leegstand heeft naast de kans op verloede-
ring van een gebied nog een negatief gevolg. Het
vertraagt namelijk de verduurzamingsslag, die
absoluut nodig is. Eigenlijk staat die verduurza-
ming nagenoeg stil. Eerst moet de leegstand
worden weggewerkt en dan kan de focus weer op
verduurzamen worden gericht, zo wordt gerede-
neerd. Ik ben eigenlijk wel voor een nieuwe peri-
ode van schaarste. Ik zeg dat niet als projectont-
wikkelaar, maar als voorvechter van het verduur-
zamingsproces. Er blijft minder bestaande bouw
over die moet worden aangepakt en je cre?ert er
de mogelijkheid mee om bij aantrekken van de
vraag duurzaam en energiezuinig nieuw te
bouwen."
Ook de verduurzaming moet volgens Stroink in
de wet worden verankerd. "Denk aan de huur-
wetgeving. Het verbeteren en verduurzamen van
een pand mag niet automatisch leiden tot huur-
verhoging. Dat betekent dat er alleen een belo-
ning voor de huurder tegenover staat en niet voor
de eigenaar. Dat stimuleert een eigenaar natuurlijk
niet echt."
gRoTe VeRaNTwooRDeLijkHeiD
Stroink is erg teleurgesteld in zijn eigen branche.
Hij vindt dat de ontwikkelaars mede schuld
hebben aan het leegstandprobleem en verwijt de
sector dat ze geen visie heeft voor een oplossing.
"Men heeft werkelijk geen idee voor een aanpak
van dit probleem, terwijl ik vind dat de sector een
grote verantwoordelijkheid heeft om een passend
antwoord te bedenken. Het is een tijd van reces-
sie. Dat betekent ook een tijd van herschikking.
Er ontstaat een nieuwe vraag, maar daar wordt
door de ontwikkelaars niet aan voldaan. De crea-
tieve oplossingen ontbreken. Men kan slecht
anticiperen op nieuwe ontwikkelingen. Het traditi-
onele ontwikkelmodel is pass?, dat komt niet
meer terug. We hebben nu te maken met een
vraaggerichte markt, dan moet je ook bouwen
volgens de wensen van de gebruiker. Meer dan
90 procent van de bevolking gebruikt internet,
maar we bouwen nog steeds woningen die daar
niet op ingericht zijn. Er worden geen slimme
producten voor een nieuwe tijd ontwikkeld. Ik
vergelijk het met de Amerikaanse auto-industrie,
die was op sterven na dood. Pas toen er zuinige
auto's werden gemaakt waar de klanten om vroe-
gen, kwam de sector weer in de lift. Daar zou de
ontwikkelbranche lering uit moeten trekken."
opgaVe
Met de herbestemming van een groot aantal kantoorpanden kan
bijvoorbeeld het woningaanbod worden vergroot. Met name voor
studentenhuisvesting ziet Stroink een grote afzetmarkt. "We hebben
deze tak jarenlang verwaarloosd. Nu is de mogelijkheid daar, om door
panden te herbestemmen de grote druk op de woningmarkt in de
studentensteden te laten afnemen. Maar niet alleen kantoorpanden
komen daarvoor in aanmerking. Er kan ook worden gedacht aan panden
in de zorgsector die opnieuw ontwikkeld kunnen worden. Vaak gaat het
om panden in een stedelijke omgeving, omdat de nieuwbouw van
ziekenhuizen tegenwoordig vrijwel uitsluitend aan de rand van een stad
wordt gepland. En ten slotte bieden winkelcentra ook een kans voor
herbestemming. Je ziet dat de levensduur van winkels tegenwoordig
veel korter is in vergelijking met vroeger. Je kunt dan denken aan
herbestemming, maar ook tijdelijke voorzieningen zijn denkbaar. Een
voorbeeld daarvan zijn de zaterdagochtendmarkten die spontaan
ontstaan in of in de buurt van leegstaande winkelcentra. Je moet
gewoon creatief omgaan met de al aanwezige mogelijkheden, that's it."
coNcepTeN
De oplossing voor de leegstandproblematiek is onder andere herbe-
stemming, mits er goede, werkende concepten worden bedacht, is de
stellige overtuiging van Stroink. Zelf heeft hij met TCN het concept
voor de Atoomclub ontwikkeld. "De Atoomclub is h?t clubhuis voor de
zelfstandig professional, het is een open werkomgeving waar zelfstandi-
gen en kleine en middelgrote organisaties elkaar kunnen ontmoeten en
samenwerken. Het is bedoeld om een community te cre?ren. De facili-
teiten binnen een pand nemen toe al naargelang de bezetting van het
pand toeneemt. Dat, gecombineerd met een afspraak voor de mogelijk-
heid tot afbetaling met de aannemer, zorgt ervoor dat je vrijwel vanaf
het begin ook een goed onderbouwd financieel concept hebt."
Het concept slaat aan. Ondanks de recessie lopen de huidige vestigin-
gen in Utrecht en Rotterdam vol. Reden voor TCN om het concept in
meerdere steden toe te passen. "In 2014 zal de Atoomclub een van de
gebruikers worden van het kantorencomplex van Centraal Beheer in
Apeldoorn. Daarnaast zijn er vergevorderde plannen om vestigingen te
openen in Amsterdam, Hilversum, Arnhem, Zwolle, Eindhoven en waar-
schijnlijk in Maastricht. En het concept kan ook internationaal aanslaan.
We openen binnenkort een Atoomclub in Londen."
"Ik maak als ontwikkelaar geen gebouwen meer, maar ik cre?er omge-
vingen om samen te komen, om elkaar te ontmoeten. Ondanks dat alle
technologische ontwikkelingen het ontstaan van een virtuele wereld als
uitgangspunt hebben, blijft de behoefte om elkaar te ontmoeten
bestaan. Het meest ge-sms'te bericht is niet voor niets `waar ben je?'.
Dan moet je als ontwikkelaar mogelijkheden bieden om die ontmoetin-
gen te faciliteren."
Reacties