In Middelburg wordt een leegstaande graansilo slim hergebruikt. De uiteindelijke functie is nog niet bekend, maar dat maakt volgens Angela Lindenberg niets uit. Haar ontwerp gaat namelijk uit van de Slimbouwenmethode, waarbij flexibiliteit centraal staat. Het betreft hier niet een gerealiseerd project, maar een casestudy die Lindenberg voor haar afstuderen aan de TU/e maakte. Ze won er afgelopen voorjaar de Hollands-Ontwerp Award 2012 mee, die dit jaar het thema Kringloopdenken droeg.
1
Graansilo slim hergebruikt
21-6-2012
In Middelburg wordt een leegstaande graansilo slim hergebruikt. De
uiteindelijke functie is nog niet bekend, maar dat maakt volgens Angela
Lindenberg niets uit. Haar ontwerp gaat namelijk uit van de Slimbouwen-
methode, waarbij flexibiliteit centraal staat. Het betreft hier niet een
gerealiseerd project, maar een casestudy die Lindenberg voor haar afstuderen
aan de TU/e maakte. Ze won er afgelopen voorjaar de Hollands-Ontwerp Award
2012 mee, die dit jaar het thema Kringloopdenken droeg.
Tekst Janneke Klunder
In haar casestudy over de halfhoge graansilo te Middelburg, heeft Angela Lindenberg de
rollen omgedraaid: zij is uitgegaan van het gebouw in plaats van een Programma van Eisen
te volgen. Het is dan ook niet passend om te spreken over herbestemming, vindt ze,
aangezien het hergebruik niet alleen afhankelijk is van de nieuwe functie. Het gaat om Slim
Hergebruik, zoals ook de titel luidt van haar casestudy. "Het gebouwontwerp zal zich moeten
aanpassen aan zijn nieuwe context. In eerste instantie is die context niet meer dan een
verouderd industrieterrein zonder toekomstvisie. Als de silo wil bijdragen aan een sociale
context, zal het zelf een startpunt van ontwikkeling moeten zijn. Het moet zich richten op het
genereren van activiteiten", geeft zij aan in de studie. Startende ondernemers, creatieve
Foto Angela Lindenberg
2
projecten of jongerenactiviteiten komen daarbij in aanmerking. "Het moet geen vast
economisch object worden, maar een platform voor activiteit dat bijdraagt aan sociale
interactie en gebiedsontwikkeling."
Platformfunctie
De locatie van de
halfhoge graansilo
(1962) in Middelburg
wordt gekenmerkt
door de ligging aan
het Kanaal door
Walcheren. Het
kanaal cre?ert een
scheiding tussen het
historisch
stadscentrum en de
naoorlogse
uitbreidingswijken.
Hier tussenin liggen
het kanaal, de
kanaalzone en
industrieterrein
Arnestein. Op dit
laatste is de silo te
vinden, die sinds
2003 leegstaat. De grond van de graansilo is in handen van de gemeente, die aanvankelijk
het plan had het gebouw te slopen. In plaats daarvan is RDH Architecten
Stedenbouwkundigen inmiddels bezig zich er te vestigen, een architectenbureau dat dit
industri?le erfgoed een interessante kantoorlocatie vindt. Het bureau heeft een ontwerp
gemaakt voor transformatie van de silo en is reeds gestart met de uitvoering hiervan.
Het omliggende gebied van de graansilo is
aan ontwikkelingen onderhevig. Het huidige
bestemmingsplan is gericht op de
industriefunctie, maar nu al zijn er bedrijven
die zich met hun kantoren in dit gebied
willen vestigen. Ook woningbouw,
atelierruimte of een feestzaal worden niet
uitgesloten. Het nieuwe aquaduct, dat
vlakbij de silo gerealiseerd is, geeft
infrastructurele mogelijkheden voor
verandering.
Lindenberg geeft aan dat de leegstaande
graansilo, op het moment dat deze een platformfunctie bekleedt, activiteit in het gebied kan
Het Kanaal door Walcheren cre?ert een scheiding tussen het historisch stadscentrum en de
naoorlogse uitbreidingswijken. Rechts aan het stilstaande water is de halfhoge graansilo op
industrieterrein Arnestein te zien. Het Dampoort Aquaduct (midden) is in februari 2011
opengesteld voor verkeer (foto december 2010). Foto Beeldbank.rws.nl, Rijkswaterstaat,
Joop van Houdt
Maquette van het ontwerp voor hergebruik van de halfhoge
graansilo. Foto Melanie Lindenberg
3
stimuleren, waardoor andere processen eerder op gang komen. "Op het moment dat deze
hergebruikt kan worden voor verschillende functies, geeft dit de silo een hogere
toekomstwaarde. Maar er zullen aanpassingen gedaan moeten worden om dit te realiseren.
De graansilo is een voorbeeld van jong industrieel erfgoed. Te jong om beschermd te
worden door een monumentenstatus en daarmee vogelvrij. Toch heeft de halfhoge silo een
bepaalde waarde, en wel omdat het een bepaalde tijdgeest weerspiegelt."
Hergebruik
Wat mag wel en wat mag niet
bij het hergebruiken van een
gebouw? Ook dit aspect wordt
in de casestudy belicht.
"Industrieel erfgoed is erfgoed
wat met respect moet worden
behandeld. Het is een
onderdeel van onze
geschiedenis en heeft waarde
omdat het een verhaal vertelt.
Het zegt iets over de
ontwikkeling van onze
maatschappij. Daarbij moeten
we de nieuwe bouwopgave
zoeken in de ontwikkeling
binnen bestaande gebieden,
waarin hergebruik van industrieel erfgoed veel waarde kan toevoegen. Voornamelijk omdat
het erfgoed van zichzelf al een karakter met zich meebrengt", is Lindenbergs visie op
hergebruik. "Toch is compleet behoud vrijwel nooit mogelijk, omdat industrieel erfgoed zo
specifiek is dat het over het algemeen niet zomaar van een nieuwe functie kan worden
voorzien. Er zullen dan ook altijd aanpassingen gedaan moeten worden, zij het met respect
voor het bestaande gebouw. Dus niet alles moet gesloopt worden, maar sloop met mate. Het
streven is om de aanpassingen het karakter van het gebouw beter te laten uitdragen en klaar
te maken voor een nieuwe functie. Dit klaarmaken voor een nieuwe toekomst is ook hetgeen
wat industrieel erfgoed past."
(On)Mogelijkheden
Wat betreft bouwkundige bewegingen of wijzigingen is er sinds de bouw van de graansilo in
1962 weinig veranderd. Het gebouw is in de loop der jaren aangetast door de tand des tijds
en verbouwingen zijn er niet geweest. De materialen die gebruikt zijn voor de silo zijn
bekende bouwmaterialen zoals staal, beton, steen en hout. De silocellen zijn opgetrokken uit
gewapend beton met daarop een staalconstructie om het houten dak te dragen. De
elevatortoren is opgemetseld, met daarin ook houten vloeren.
De silocellen zijn opgetrokken uit gewapend beton met daarop een
staalconstructie om het houten dak te dragen. Foto Angela Lindenberg
4
Het gebouw kent ook een aantal onmogelijkheden, zo ontdekte Lindenberg. "De gevel is
volledig gesloten, wat voor vrijwel iedere functie daglichtproblemen geeft. Daarnaast maakt
de constructie het niet mogelijk om het gebouw te voorzien van een optopping. De
mogelijkheden van de silo liggen erin dat de verticale silocellen een vaste afmeting hebben
en daardoor eenvoudig te schakelen zijn, zodat grotere ruimtes ontstaan. Daarbij vormt de
verticaliteit het kenmerk van dit gebouw", stelt Lindenberg. De ligging aan het water en de
gebouwhoogte geven het gebouw tot slot interessante mogelijkheden.
Tijdelijk gebruik
Lindenberg heeft onder andere onderzocht of en waarvoor het gebouw hergebruikt kan
worden. Zij concludeert dat het gebouw zeer geschikt is om te hergebruiken, en dat wonen,
werken en recre?ren allemaal in de bestaande structuur passen. Aanpassingen in installatie
zijn ? logischerwijs ? sowieso nodig, in verband met de eisen die gesteld worden aan
daglicht en het feit dat er nu alleen elektra is aangelegd. De gevel zal moeten worden
aangepast (meer gevelopeningen) en er zal een installatielaag moeten worden toegevoegd.
Ook het bestemmingsplan moet voor sommige functies aangepast worden omdat deze
functies niet mogelijk zijn binnen het huidige bestemmingsplan.
Opvallend is dat Lindenberg concludeert dat na aanpassing van de gevel en het aanbrengen
van een installatielaag, het gebouw al klaar is voor een tijdelijk gebruik. "Dit kunnen
expositieruimtes zijn, of een unieke feestlocatie. Op het moment dat er interesse is voor het
De elevatortoren is opgemetseld met daarin ook houten vloeren. Op de voorgrond de bestaande elevatorinstallatie.
Foto Angela Lindenberg
5
invullen van een aantal silocellen, kunnen deze cellen snel worden afgebouwd aangezien de
nieuwe gevel en de installaties al aanwezig zijn. Als op deze manier enkele silocellen zijn
ingevuld, kan de rest van het gebouw nog steeds voor andere functies gebruikt worden."
Aanpassingen
Voor het ontwerp van herbestemming
maakte Lindenberg een analyse over
toe te passen technieken en te
gebruiken materialen. Het is
noodzakelijk een aantal bouwkundige
aanpassingen te doen aan de silo.
Deze aanpassingen betreffen de
gevel, constructie en installaties. De
basis voor de aanpassingen is dat de
bestaande siloconstructie niet wordt
aangetast. In Lindenbergs ontwerp
wordt alleen toegevoegd en niet
vervangen. Voor de aanpassingen in
de gevel moet deze eerst grotendeels
gesloopt worden.
Allereerst wordt de bestaande in het
werk gestorte betonvloer voorzien van
een zwevende houten vloer met
ruimte voor leidingen. Omdat de silo
voldoende verticale ruimte heeft, is dit
een praktische oplossing: achteraf
kunnen eenvoudig leidingen worden
bijgelegd. Er worden standaard
leidingen aangelegd voor elektra,
water, riolering en vloerverwarming,
die vanaf een centraal punt verder
kunnen worden gedistribueerd.
Vanuit de beganegrondvloer vertrekt
een verticale leidingkoker voor de verdere distributie van installaties. Er worden geen
voorzetwanden geplaatst, wat betekent dat onder andere stopcontacten en telefoonlijnen uit
de vloer komen.
De tweede aanpassing is een constructieve aanpassing. Er wordt een staalconstructie
geplaatst zodat +2900-, +5800- en +8700-vloeren kunnen worden gerealiseerd. Dit is ook de
ondersteuning van de dakconstructie. De staalconstructie wordt niet afgewerkt en blijft
daardoor in beeld. Dit draagt bij aan het industri?le karakter en laat duidelijk het verschil zien
tussen de oorspronkelijke betonconstructie en de nieuwe houtstaalconstructie. De dakbalken
verkeren nog in goede staat en zullen daarom worden hergebruikt. Het dak wordt wel
ge?soleerd en er zal een lichtstraat worden geplaatst.
De huidige gang functioneert in Lindenbergs ontwerp als ontsluiting
van de functies in de silocellen. Foto Angela Lindenberg
6
Naast deze aanpassingen volgt ook een grote aanpassing aan de gevel. De bestaande gevel
wordt gesloopt, omdat de mogelijkheden voor daglichttoetreding in de bestaande
gevelconstructie meer problemen opleveren dan oplossingen. Ook wordt er massa
toegevoegd, om een praktische indeling mogelijk te maken en de flexibiliteit te waarborgen.
De elevatortoren bestaat oorspronkelijk uit vloeren van 5 x 20 m, een afmeting die ongunstig
is voor een flexibele invulling. Om die reden is massa toegevoegd aan de elevatortoren.
Om de ruimtes in de tweede fase te kunnen gebruiken, is een ontsluiting en entree van het
gebouw noodzakelijk. Twee silocellen worden ingericht als hoofdentree en als ontsluiting van
de vloeren in de elevatortoren. Daarnaast zal de huidige gang functioneren als ontsluiting
van de functies in de silocellen.
Slimbouwen
Angela Lindenberg is lid van het atelier Slimbouwen. De analyse die ze uitvoerde, deed ze
vanuit deze filosofie, om zo een plan van aanpak te kunnen opstellen. In haar casestudy
komt ze tot de conclusie dat, gezien de noodzakelijke ingrepen aan het pand, een flexibele
drager essentieel is voor hergebruik van de graansilo. "Het realiseren van een stukje
flexibiliteit is inherent aan de fasering zelf. Het bouwproces wordt opgedeeld in delen. In
eerste instantie worden de grote bouwkundige aanpassingen gerealiseerd zodat een casco
gebouw overblijft. Daarna wordt dit bijvoorbeeld ingevuld met een tijdelijke bestemming",
aldus Lindenberg in de casestudy.
Sinds de bouw van de graansilo in 1962 is er weinig veranderd. Het gebouw is in de loop der jaren aangetast door de
tand des tijds en verbouwingen zijn er niet geweest. Foto Angela Lindenberg
7
Precies hier heeft ze de filosofie van Slimbouwen erbij betrokken. Flexibiliteit en het scheiden
van bouwprocessen zijn namelijk wezenlijk voor bouwen via Slimbouwen. De drie
kernwaarden van dit principe komen allen terug in het ontwerp dat Lindenberg heeft
gemaakt, namelijk: industrialisatie van het bouwproces, flexibiliteit en levensduurbestendig
bouwen, en reductie van milieubelasting. "De eerste kernwaarde is al in het bestaande
gebouw terug te vinden. De stramienmaat van 5 m komt veelvuldig voor en zorgt bij
hergebruik van de ruimtes voor standaard maten", legt Lindenberg uit. "Flexibiliteit en
levensduurbestendig bouwen is het motto van mijn afstudeertraject. Door het toevoegen van
een flexibele laag en het gebouw niet vast te pinnen op ??n specifieke functie, wordt de
basis gelegd voor ontwikkeling voor en door het gebouw. Op die manier wordt het gebouw
als het ware toekomstklaar." De laatste kernwaarde, reductie van milieubelasting, heeft
Lindenberg niet specifiek uitgewerkt. "Alhoewel, door hergebruik alleen al wordt gekozen
voor een duurzame vorm van materiaalgebruik. Daarnaast is in de detaillering een
minimalistische houding aangenomen, wat materiaal reduceert. Op die manier blijft het
industri?le karakter van de silo behouden."
Vliesgevel
Door vanuit de Slimbouwen-gedachte een flexibele gevel aan te brengen in het bestaande
gebouw, wordt de graansilo klaargemaakt voor een flexibel toekomstig gebruik. "Wat je
eigenlijk wilt bereiken, is het benadrukken van de verticaliteit van het gebouw en daarmee de
silostructuur. Door het maken van een maquette is gezocht naar een oplossing hiervoor en
deze is gevonden in het plaatsen van een gevel met staalconstructie waar balkons in kunnen
worden bevestigd. Deze staalconstructie volgt het stramien van de silostructuur en vormt met
zijn open uitstraling een contrast met de
bestaande massieve betonstructuur."
Daarnaast wordt de bestaande betonnen
silogevel vervangen voor een aluminium
vliesgevel. Voor deze glazen gevel wordt
de staalconstructie geplaatst, waar,
afhankelijk van de invulling, balkons
kunnen worden gerealiseerd. "Deze
staalconstructie volgt de silostructuur en
benadrukt dan ook de repetitie. De
structuur van het bestaande gebouw wordt
zo naar buiten toe getoond en ook de
flexibiliteit van het gebouw komt tot uiting",
meent Lindenberg.
In het ontwerp heeft Lindenberg gekozen voor een droogvloersysteem en een slimme
installatielaag. Dit komt tegemoet aan de idee?n van Slimbouwen, namelijk het bestrijden
van de installatiespaghetti door het scheiden van leidingen van de hoofddraagconstructie.
Ondanks het winnen van de Hollands-Ontwerp Award en een goed uitgewerkt plan, verwacht
Lindenberg niet dat haar project ? in crisistijd ? zal worden gerealiseerd. Mede omdat een
architectenbureau bezig is met een grondige renovatie voor eigen huisvesting in de silo. "Dat
is het mooie van afstuderen: dan kun je nog aan zo'n project werken. Maar in de praktijk
werkt het toch anders", sluit ze af.
Het bestaande interieur van de silocellen wordt vervangen
voor een open staalconstructie, gericht op de flexibele
invulling. Foto Angela Lindenberg
Reacties