Onder invloed van de regelgeving, als gevolg van verscherpte eisen op het gebied van energiezuinigheid, heeft zich een enorme ontwikkeling voorgedaan op het gebied van ventilatiesystemen. Ontwikkelingen die de komende jaren verder door zullen zetten. Het steeds geavanceerder en complexer worden van ventilatiesystemen heeft echter ook een keerzijde: als de systemen niet goed worden ontworpen, geïnstalleerd of onderhouden, óf als de gebruiker ze niet begrijpt, leidt dit ertoe dat de consument de ontwikkelingen niet zal accepteren. In dit artikel een overzicht van de ontwikkelingen en de zaken waar we op moeten letten willen we de systemen ook in de praktijk goed laten functioneren.
De toekomst van
ventilatiesystemen
42 Artikel
8
De technische ontwikkeling wordt in belangrijke mate gedreven door het
bereiken van een verdergaande energiebesparing. Dit met behoud of ver-
betering van de luchtkwaliteit en het comfort. Het beperken van het ener-
giegebruik door ventilatie richt zich hierbij op:
Beperken van volumestromen. Dit kan door de hoeveelheid ventilatie zo
goed mogelijk af stemmen op de behoefte. Dit gebeurt door de lucht-
kwaliteit met behulp van sensoren te meten en de volumestroom hier
op aan te passen. Hiervoor zijn systemen met CO2-sensorsturing op de
markt. Deze technologie staat echter nog maar aan het begin van zijn
ontwikkeling;
Warmteterugwinning. Het terugwinnen van warmte door middel van een
warmtewisselaar is inmiddels een redelijk bekende techniek, maar ook
hier staan de ontwikkelingen niet stil. Ontwikkelingen op dit vlak zijn het
terugvoeren van uit de ventilatielucht gewonnen warmte en het optimali-
seren van de WTW-units bij extreme buitenluchtcondities. Daarnaast zijn
er verschillende ontwikkelingen op het gebied van decentrale WTW units;
Voorverwarming. De belangstelling voor voorverwarming van ventilatie-
lucht neemt weer toe. Er wordt gewerkt aan de ontwikkeling van oplos-
singen met grondbuisventilatie, zonnegevels en dyna-
mische isolatie. Deze technieken worden momenteel
op beperkte schaal toegepast in projecten om de
potentie ervan te onderzoeken;
Beperken van hulpenergie. Een aantal jaren geleden
is de gelijkstroomventilator ge?ntroduceerd die nu min
of meer standaard is in de nieuwbouw. Dit heeft ge-
leid tot een belangrijke vermindering van het aandeel
hulpenergie benodigd voor de ventilatie. Dit aandeel
kan echter nog verder omlaag worden gebracht (zelfs
tot 0) door het toepassen van lage-druk-kanaalsyste-
men die ventileren op basis van wind en thermische
trek. Dit heeft geleid tot de ontwikkeling van hybride systemen onder
het motto `Natuurlijk zolang het kan, mechanisch als het moet'. De ko-
mende jaren zal de aandacht gericht zijn op het terugdringen van het
energiegebruik van niet alleen de ventilator, maar ook van de regelap-
paratuur en de sensoren. Toekomst is dat het gehele systeem auto-
noom kan functioneren.
Een aantal belangrijke stappen voorwaarts in de ontwikkeling van ventila-
tiesystemen zijn gezet in het Europese onderzoek- en ontwikkelingsproject
Reshyvent (2002-2005). Hier is naast de nodige wetenschappelijke kennis
die is opgedaan ook een viertal werkende prototypes van hybride ventila-
tiesystemen ontwikkeld.
De ventilatie-industrie is, ieder vanuit zijn eigen achtergrond, bezig met de
volgende ontwikkelingen:
Gebalanceerde ventilatie: Vraagsturing door middel van CO2-sensoren,
zonering om per zone en per ruimte de ventilatie apart te kunnen rege-
len, verbetering van het rendement en de hulpenergie van de warmtete-
Verdiepingsreeks Tookit Duurzame Woningbouw
De toekomst van ventilatiesystemen
Onder invloed van de regelgeving, als gevolg van verscherpte eisen op het gebied van
energiezuinigheid, heeft zich een enorme ontwikkeling voorgedaan op het gebied van
ventilatiesystemen. Ontwikkelingen die de komende jaren verder door zullen zetten. Het
steeds geavanceerder en complexer worden van ventilatiesystemen heeft echter ook een
keerzijde: als de systemen niet goed worden ontworpen, ge?nstalleerd of onderhouden, ?f
als de gebruiker ze niet begrijpt, leidt dit ertoe dat de consument de ontwikkelingen niet zal
accepteren. In dit artikel een overzicht van de ontwikkelingen en de zaken waar we op
moeten letten willen we de systemen ook in de praktijk goed laten functioneren.
Toolkit Duurzame Woningbouw
De tweede editie van de Toolkit Duurzame Woningbouw (uitgeverij ?neas)
is geschreven door Pieter Hameetman, Frans de Haas en Ad van der Aa.
Deze uitgave wordt gezien als een `levend' document dat periodiek zal
worden bijgesteld op basis van nieuwe inzichten. In de Toolkit kunnen niet
alle aspecten tot in detail worden behandeld. Daarom worden specifieke
thema's verder uitgediept in een zogenaamde verdiepingsreeks. Dit artikel
is het achtste en laatste in deze serie. Op www.toolkitonline.nl vindt u
aanvullende informatie over de Toolkit en de bestelgegevens.
De toekomst van
ventilatiesystemen
43 Artikel
rugwinunit, koppeling van de warmteterugwinning met de warmtebehoefte en de be-
waking van het minimum ventilatiedebiet;
Vraaggestuurde natuurlijke ventilatie (gecombineerd met mechanische afvoer): Vraag-
sturing door middel van CO2- en H2O-sensoren, warmteterugwinning uit de afgevoerde
ventilatielucht door een warmtepompboiler, ontwikkeling van lage druk kanaalsystemen
en optimalisatie van regeling;
Lokale (gebalanceerde) ventilatiesystemen: Vraagsturing door middel van CO2-senso-
ren, warmteterugwinning uit de afgevoerde ventilatielucht, optimalisatie van de regeling
en ontwikkeling van combinaties met verwarming en koeling.
Al deze technologische ontwikkelingen staan of vallen met een juiste uitvoering van de
systemen en de acceptatie door de gebruiker. Op dit vlak gaat op dit moment veel mis.
Aandachtspunten waarmee de sector wordt geconfronteerd zijn:
De systemen worden steeds gevoeliger en daarmee kwetsbaarder voor (bouw)fouten;
De factor arbeid op de bouwplaats (geschoolde handen) wordt steeds moeilijker in te
vullen;
De consument (en daarmee de politiek en de maatschappij) accepteert het bij voortdu-
ring opduiken van negatieve berichtgeving over ventilatiesystemen niet langer.
Oplossingen dienen hierbij te worden gezocht in een vijftal richtingen:
Kennisintegratie: De productfabrikant moet zich bewust worden wat er tijdens de bouw
met zijn product gebeurt, net zoals de man op de bouwplaats moet weten hoe het
product moet worden gemonteerd en ingeregeld;
Producten/systemen: Moderne (complete) ventilatiesystemen zullen plug-and-play en
zonder veel arbeidshandelingen `faalproof' ge?nstalleerd en ingeregeld moeten kunnen
worden;
Kwaliteitsborging: Systemen moeten wellicht onder certificaat geleverd en gecontro-
leerd kunnen gaan worden, zodat de consument er van op aan kan dat hij ook gele-
verd krijgt waarvoor hij betaalt;
Voorlichting: Consumenten moeten (beter) ge?nformeerd worden over de werking en
onderhoud van systemen;
Procesbeheersing: Er dient in ieder project sprake te zijn van ??n verantwoordelijke die
garant staat voor de uiteindelijke werking van het totale ventilatiesysteem in de praktijk.
Er is meer dan genoeg kennismateriaal beschikbaar in de vorm van de Toolkit, SBR- en
ISSO-publicaties, voorlichtingsbrochures, cursussen, handboeken et cetera. Enkele fabri-
kanten hebben recentelijk laten weten zelf verantwoording te willen nemen voor de pres-
tatie van het gehele ventilatiesysteem en nemen zelf de opleveringcontrole ter hand door
een uitgebreide systeemcheck en het meten van de afvoercapaciteiten. Mogelijke uitvoe-
ringsfouten komen hierdoor v??r oplevering boven water en kunnen dan tijdig worden
hersteld.
Misschien is het belangrijkste echter een ommezwaai in de algemeen geaccepteerde
mentaliteit. De gewoonte om voor zo min mogelijk geld net aan de toch al minimale eisen
te willen voldoen moet worden omgezet naar het doel om gezonde en comfortabele wo-
ningen te bouwen waar we zelf in zouden willen wonen.
ing. Ad van der Aa en
Andr? Meester
Ad van der Aa is technisch
directeur bij Cauberg-
Huygen Raadgevende Inge-
nieurs BV. Andr? Meester is
directeur van Alusta Natuur-
lijke Ventilatietechniek BV.
Info: www.chri.nl en
www.alusta.com
ALuSTANATuuRLIjKEVENTILATIETECHNIEK
Meten van de afvoercapaciteit
tijdens opleveringscontrole.
Reacties