Opnieuw rekenen aan corporatiebezit
renda special energiesprong januari 2012 column56
column
opnieuw rekenen aan
corporatiebezit
tekst frans versteeg, projectmanager
energiesprong
De centrale doelstelling van de corporatiesector is
om betaalbare woningen aan te bieden voor die
inkomensgroepen die op de vrije markt niet terecht
kunnen. De corporatie doet dat door woningen aan
te bieden onder de marktprijs en onder de kostprijs.
Betaalbaarheid nu en in de toekomst is daarbij
afhankelijk van de hoogte van huurtoeslag, kosten
van het levensonderhoud, inkomensontwikkeling,
gemeentebelastingen, de energierekening en de
overige uitgaven van de huurders.
Veel van deze variabelen worden op dit moment
niet meegenomen bij investeringsbeslissingen, die
veelal worden genomen op basis van de vooral op
nieuwbouwprojecten gerichte `onrendabele top'-
modellen. Tot op heden is hierbij een algemene
impliciete aanname, dat het huidige huurniveau ook
in de toekomst ? gecorrigeerd voor inflatie ? voor
de doelgroep betaalbaar zal blijven. In langetermijn-
prognoses wordt aangenomen dat huren inflatievol-
gend zullen zijn en kunnen blijven stijgen.
Toch is het de vraag of dit altijd zomaar het geval
zal zijn. Mogelijke toekomstige huuropbrengsten
kunnen onder druk komen te staan wanneer de
inkomensontwikkeling van de doelgroep achterblijft
bij de inflatie. Ook garandeert het huurbeleid van de
sector allerminst dat de woonlasten op vergelijk-
bare niveaus zullen blijven. Wanneer de trend van
de energieprijsontwikkeling doorzet, zullen de totale
woonlasten ondanks het corporatiebeleid (ver)
boven inflatieniveau gaan stijgen. Dat betekent dat
bij de prognose van toekomstige huuropbrengsten
rekening moet worden gehouden met de totale
woonlasten, inclusief energielasten, en met de
inkomensontwikkeling van de doelgroep. Daarmee
wordt de woonquote ? het deel van het inkomen
dat de doelgroep uitgeeft en k?n uitgeven aan
wonen ? meer dan in de afgelopen jaren weer een
relevant onderwerp.
Dit betekent ook dat de kwaliteit van woningen en
het daarmee samenhangende energieverbruik meer
en op een andere manier een rol gaat spelen in de
investeringsafweging. Op dit moment is de investe-
ringsafweging allereerst gericht op de vraag of de
kosten van een betere energieprestatie kunnen
worden doorberekend in extra huur. Het is echter
ook de vraag of zonder investering in die betere
energieprestatie, de voorspelde huurverhogingen
wel zullen kunnen worden waargemaakt bij verder
stijgende energielasten in de toekomst.
Door op die manier een meer compleet en realis-
tisch beeld van de toekomst te schetsen, kan
duidelijk worden dat investeren in energie voor de
corporatiesector direct in het domein van de kern-
taak van beleid valt. Dit omdat niet investeren de
betaalbaarheid op termijn ernstig onder druk kan
zetten. Daarmee komen de huurinkomsten onder
druk te staan. Gevolg is dan dat de waardeontwik-
keling van de totale voorraad van de corporatie
onder druk komt te staan.
In het kader van de EnergieSprong worden nu in
nauw overleg met Waarborgfonds Sociale Woning-
bouw (WSW) en Centraal Fonds Volkshuisvesting
(CFV) uitgangspunten geformuleerd voor modellen,
waarmee corporaties hun beleidsafwegingen beter
kunnen onderbouwen en bewuster kunnen gaan
sturen op totale woonlasten en vooral op de lange
termijn waardeontwikkeling van hun totale corpora-
tiebezit.
De waarDe-
ontwikkeling
van De totale
voorraaD komt
onDer Druk
te staan
Reacties